12«Voorstel tot vaststelling van de bedragen,bedoeld in artikel 103,2e lid
der Lager Onderwijswet 1920 over het .jaar 1953 ten behoeve van de scholen
voor "bijzonder lager onderwi.js.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel "besloten.
13Voorstel tot vaststelling van een vergoeding,bedoeld in artikel 101 bis
der Lager-Onderwi.jswet 1920 (vakonderwijs) over het .jaar 1955 ten "behoeve
van de bijzondere lagere scholen te Warga en Wartena.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel "besloten.
14«Voorstel tot het verstrekken van voorschotten op de vergoeding van de
kosten van vakonderwijs aan de "besturen der bijzondere lagere scholen
over 1954-
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel "besloten.
15«Voorstel tot het verstrekken van een grond- en bouwvoorschot aan de Woning
bouwvereniging ld narderadeel
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel "besloten.
16
Aanvrage om vergoeding van reiskosten ingevolge artikel 15 der Lager-
Onderwijswet 1920 van H.Tichelaar te Grouw.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel besloten.
171Voorstel tot verhuur van een perceeltje grond aan C.Pijl te Warga.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel besloten.
18«Voorstel tot wi.jziging van de Kinderbi.islagregeling.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel besloten.
19Comptabiliteit
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor-
stol besloten.
RONDVRAAG.
De heer Sjoerdsma zegt, dat het hem gefrappeerd heeft, dat er op de dag
van de "overdracht van het Statenjacht" te Grouw zoveel auto's geparkeerd
waren in de straten van het dorp, vooral in de buitenwijken, terwijl op het
eigenlijke parkeerterrein aan de Nesserweg slechts één auto gestald was.
Hij zou gaarne zien, dat voortaan bedoeld parkeerterrein in eerste instantie
werd gebruikt.
Voorts doet hij een beroep op Burgemeester en Y/ethouders om het z.g.
"Groen" te Grouw, dat zich thans in goede staat bevindt, niet voor standplaat
sen voor kermisinrichtingen te gebruiken, omdat het daardoor weer, zoals voor
heen, in een verwaarloosde toestand zal geraken.
■^e Voorzitter antwoordt, dat de eerste vraag een aangelegenheid betreft,
waarvoor geen verantwoording tegenover de Raad verschuldigd is. Niettemin wil
-hij-
