-6-
Ik.heb U in een vertrouwelijk ogenblik wel eens gezegd, dat een burgemeester
naar mijn mening op gezette tijden de moed moest kunnen opbrengen,impopulair
te zijn. U hebt niet gestreefd naar populariteit, U hebt ook niet gestreefd
naar impopulariteit, doch IJ hebt zich bij het nemen van Uw beslissingen steeds
laten leiden door de vraag, wat het gemeentebelang op een bepaald moment ver
eiste.
Ik heb U van nabij kunnen gadeslaan en dan mag ik van deze plaats getui-
genjdat me steeds weer heeft getroffen met welk een activiteitmet welk een
voortvarendheid en met welk een daadkracht U Uw ambt in deze gemeente hebt
vervuld,ook in de dagen,waarin Uw gezondheidstoestand te wensen overliet.
Vijf jaar lang hebben wij mogen samenwerken. Het is een hechte samenwer
king geweest en ik schrijf deze hechtheid van samenwerking voor een belang
rijk deel toe aan het feit,dat U vrijwel nimmer de grens tussen bestuur en
administratie hebt overschreden, m.a.w. dat U zich vrijwel nimmer hebt be
wogen op het terrein, dat in ons gemeentelijk bestel aan de secretaris is
toebedeeld. U hebt daarmede bepaalde gevoeligheden vermeden en ik ben U
daar dankbaar voor.
Wij zijn echter slechts mensen en er heeft wel eens een dissonnant ge
klonken, doch dat heeft de basis van onze samenwerking niet ontwricht. In
tegendeel, het heeft naar mijn mening alleen maar geleid tot een beter begrip
en een betere waardering voor elkander.
Burgemeester Renken, U gaat thans heen naar die mooie gemeente daar op
de Veluwe. En bij Uw afscheid bekruipt me een gevoel van weemoed. Weemoed
om de gedachte, dat uit mijn dagelijkse werkkring een vertrouwd element ver
dwijnt en daarmede een levensperiode wordt afgesloten,een periode van samen
werking ook wordt beëindigd,waaraan ik prettige herinneringen bewaar.
17 jaar lang hebt U de belangen van deze gemeente gediend en U bent thans
geroepen,Uw gaven en talenten aan te wenden in het belang der gemeente Epe.
Burgemeesterhet is me een behoefte,om bij de vele gelukwensen,die in de afge
lopen dagen en vanavond ook in deze Raad zijn uitgesproken,de mijne te voegen.
En wanneer ik dat doe, dan doe ik dat mede namens het personeel van deze ge
meente. Onze beste wensen vergezellen U en de Uwen. Wij hopen, dat U in Uw
nieuwe werkkring ten volle bevrediging zult vinden, met name ook, dat U er
sectoren van gemeentelijke bemoeiingen zult aantreffen,waarop U Uw dadendrang,
die U als het ware is ingeschapen tot gelding zult kunnen brengen tot heil
van de nieuwe gemeenschap,waarover U straks zult zijn gesteld.
Burgemeester,wij hebben gemeend en met dat wij bedoel ik dan het ten
gemeentehuize werkzame personeel, waarmee U in Uw dagelijks .werk nauw contact
onderhield, wij hebben gemeend U op de valreep een stoffelijk huldeblijk
te moeten aanbieden in de vorm van een schilderij.Wij hopen,dat U dit ge
schenk een plaats wilt geven in Uw nieuwe woning te Epe en wij vertrouwen daar
bij dat U dan nog eens terug zult denken aan deze mooie Friese gemeente en aan
het dorp, dat op dit schilderij is uitgebeeld,het dorp van Mar en Toer,üs
tide Grou.
Hierna spreekt burgemeester Renken als volgt:
Met uitzondering van een deel van de bezettingstijd heb ik zeventien
jaren lang Uw vergaderingen mogen leiden. En al die jaren heb ik dat met veel
vreugde gedaan. Daarom is het goed, dat we nog voor een laatste keer samen
komen, al houden we reeds geen raadsvergadering meer in de zin, als we die
steeds hebben gekend. Dat betreur ik wel, maar ik besef natuurlijk tevens,dat
het niet anders kan. Ik moet dan afscheid van U nemen, van deze gemeente,die
me lief is geworden, van de velen, die ik in de loop van de tijd heb leren
kennen en zo vaak waarderen en van een werk, waar ik in gegroeid ben en dat
lk bljna als een deel van mezelf ben gaan zien. En nu moge /het vrat traditi-
dan oneel en versleten klinken, ik kan toch niet anders zeggen, (iat. me dat niet
-gemakkelijk-