_2-
5Voorstel tot verkoop van twee woningen met grond te Grouw van respec
tievelijk H.B.Halbertsma en A.Postma, beiden aldaar.
De heer Van den Berg vindt de koopsom nog al hoog, gezien het feit,
dat het oude woningen zijn. Hij vraagt of deze koopsommen op een taxa
tie berusten.
De Voorzitter antwoordtdat de taxatie van deze woningen is geschiedt
door de directeur van gemeentewerken na overleg met de verkopersVoorts
zijnhet wel oude woningen, maar ze zijn nog zeer goed bewoonbaar.
De heer Van den Berg vraagt of dit geval dan zo urgent is om daar
voor twee goed bewoonbare woningen aan de woningmarkt te onttrekken.
Wethouder de Jong zegt,dat de woning van de heer Halbertsma wel
dringend voorzieningen nodig heeft, doch nog goed bewoonbaar is. De
andere woning is iets beter, Het fcijn echter éénkamer-woningen, die
slechts geschikt zijn voor oudere gezinnen. Nu de schoolsplitsing een
feit is, zal de achteringang van de school aan de Parkstraat tot hoofd
ingang worden bestemd, waardoor de gemeente genoodzaakt is ter wille
van de veiligheid van het verkeer ter plaatse bedoelde woningen aan te
kopen. In aanmerking nemende, dat deze woningen nog goed bewoonbare
woningen zijn en geen krotten, acht spreker de koopsom niet bepaald
onredelijk.
De heer Hondema merkt op,dat het onderhoud aan de woning van de heer
Halbertsma de laatste jaren opzettelijk is opgeschort, omdat aanvanke
lijk te voorzien was, dat deze woning zou moeten worden afgebroken ten
behoeve van de langs de Grondaam geprojecteerde(maar niet uitgevoerde)
woningbouw. Voorts zegt spreker, dat na de vervanging van de brug ter
plaatse door een bredere dam, de snelheid, waarmede de auto's passeren,
is opgevoerd. De beoogde verkeersverbetering acht hij dan daarom zeer
nodig.
De heer Van den Berg zegt, na deze nadere toelichting, geen bezwaar
tegen het voorstel te hebben.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel beslo
ten.
6.Voorstel tot afschaffing van de augustuskermis en tot wederinvoering
van de herfstkermis te Grouw.
De heer Dantuma betreurt het,dat de vereniging "Plaatselijk Belang"
met het verzoek tot verplaatsing van de kermis te Grouw is gekomen.
De onderhavige kermis is volgens de toelichting verre beneden de ver
wachting gebleven, dus van weinig betekenis meer, waardoor er naar zijn
mening geen voldoende redenen aanwezig zijn deze te verplaatsen.
Spreker had gaarne gezien, dat de suggestie was gedaan om deze ker
mis geheel af te schaffen en daarvoor een volksfeest te organiseren,
waaraan alle groepen der bevolking zouden kunnen deelnemen, op gelijke
wijze als waarop in het vorige jaar het bevrijdingsfeest is gehouden,
welk feest op zo lofwaardige wijze door Plaatselijk Belang is georgani
seerd. Hij is voor afschaffing van deze kermis en niet voor verplaat
sing.
De Voorzitter antwoordt, dat de suggestie om de kermisdata te ver
plaatsen niet van Burgemeester en Wethouders is uitgegaan, doch van
Plaatselijk Belang, die het verzoek daartoe gedaan heeft. Aannemende,
dat deze vereniging het algemeen dorpsbelang behartigt, meent het col
lege, op grond van de in de toelichting genoemde motieven, dat er geen
bezwaar bestaat het verzoek in te willigen.
De heer Dantuma meent,dat kermissen uit de tijd zijn en afgeschaft
dienen te worden.
Wethouder de Jong zegt,dat de heer Dantuma afschaffing van de onder
havige kermis bepleit, een geheel andere gedachte dan die, welke aan
-het-