De Voorzitter antwoordtdat de afbraak van bedoelde krotwoningen
inderdaad stagneert als gevolg van gebrek aan woonruimte voor de bewo
ners. De door de Rijkswaterstaat aangekochte woning is echter bestemd
om te worden afgebroken in verband met een ter plaatse aan te leggen
rijwielpad. Spreker is evenwel bereid genoemde instantie te polsen
voor tijdelijke bewoning van dit pand. In hoeverre over de woning van
de heer Posthumus kan worden beschikt, hangt mede af van de omstandig
heid, of aan diens zoon al dan niet vrijstelling van militaire dienst
wordt verleend.
De heer Miedema vestigt tenslotte nog de aandaöht op het terrein
te Roordahuizum, waarop het pand van schilder De Jong staat. Dit ter
rein is bouwrijp. Het onderhavige pand wordt alleen nog gebruikt voor
opslag. Er wordt reeds lang geen bedrijf meer in uitgeoefend, aldus
Voorzitter antwoordt, dat deze zaak reeds de aandacht van het
ooilege heeft.
Hierna sluiting.
spreker
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 27 feb.1957.
voorzitter.
secretaris.
IF
4^