15. Bezwaarschriften tegen opgelegde aanslagen in de reinigingsrechten. No277 Aan de gemeenteraad. Grouw, 4 februari 1957. Door de volgende retributieschuldigen zijn bezwaarschriften inge diend tegen de hun opgelegde aanslagen in de reinigingsrechten, be lastingjaar 1956. 1 .Wed.-G.Feenstra te Wartena 116. Appellante voert aan,dat zij in verband met verbeteringswerkzaam heden aan haar woning van 23 november 1955 tot 4 juni 1956 elders heeft vertoefd. Ingevolge de geldende verordening ter zake zijn de rechten slechts voor de helft verschuldigd, wanneer de diensten na 1 juli een aan vang hebben genomen. Vaar appellante reeds vanaf 4 juni weer van de reinigingsdienst gebruik heeft gemaakt, is de aanslag terecht voor een vol jaar opge legd. Wij stellen u dan ook voor, het bezwaarschrift ongegrond te verklaren en de aanslag te handhaven. 2Ds.P.Inberg te Roordahuizum 85 Appellant brengt naar voren, dat de aanslag voor 2 vuilnisemmers is opgelegd, terwijl door hem slechts van 1 emmer gebruik is gemaakt. Waar uit een ingesteld onderzoek is gebleken, dat dit inderdaad het geval is, kan ontheffing worden verleend van de aanslag, voor zover die betrekking heeft op de tweede emmer. Wij stellen u voor daartoe te besluiten. 3.Mej.B.Visser te Grouw, le Oosterveldstraat 51. Appellante voert aan, dat het door haar bewoonde perceel voor zien is van een closet en dat zij niet in het bezit is van een vuil nisemmer en daaraan ook geen behoefte heeft. Uit een ingesteld onderzoek is gebleken, dat de aangevoerde argu menten juist zijn, zodat de aanslag ten onrechte is opgelegd en mits dien vernietigd kan worden. Wij stellen u voor, aldus te besluiten. 4.H.R.Vergonet te Grouw. Appellant, die als rechtverkrijgende van wijlen Mej.A.de Jong op treedt, deelt mede, dat van de reinigingsdiensten geen gebruik is ge maakt omdat de woning door mej.de Jong niet was bewoond. In een alhier op 13 juni 1956 ingekomen schrijven verklaart appellant echter, dat de betreffende woning door de eigenaresse (mej.de Jong) werd bewoond. Gezien deze laatste verklaring achten wij geen termen aanwezig, om aan te nemen, dat van de reinigingsdienst geen gebruik is gemaakt. Wij stellen u dan ook voor, het bezwaarschrift ongegrond te ver klaren en de aanslag te handhaven. Burgemeester en wethouders van Idaarderadeel, burgemeester secretaris

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1957 | | pagina 53