3- Indien een aanslagbiljet in het ongerede mocht zijn geraakt,
zal daarvoor zonodig een dubbel worden opgemaakt en tegen betaling
van 10 cent aan de aangeslagene worden uitgereikt.
Artikel 13-
1. De belasting is invorderbaar in één termijn, vervallende
vier maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet.
2. De belasting is dadelijk invorderbaar:
a. zodra de aangeslagene in staat van faillissement is verklaard
of op zijn roerende of onroerende goederen executoriaal beslag
is gelegd;
b. wanneer de belastingschuldige het rijk metterwoon wil verlaten.
Artikel 14.
1. De gemeente-ontvanger is verplicht voor elke betaling on
middellijk bewijs van kwijting op het aanslagbiljet te stellen.
2. De afschrijving der betalingen geschiedt in de volgende
orde
a. op de kosten van vervolging;
b. op de verschuldigde belasting;
Artikel 15»
Binnen drie maanden na het vervallen van de aanslag zendt de
gemeente-ontvanger aan burgemeester en wethouders een staat met
toelichting van de posten op het kohier, welke hij niet heeft kun
nen invorderen, waarna burgemeester en wethouders aan de raad een
voorstel kunnen doen tot het nemen van een besluit betreffende
het niet-invorderbaar zijn van deze posten.
Artikel 16.
Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden
op 1 januari 1938.
Grouw, maart 1958.
De raad voornoemd:
voorzitter
secretaris
