De heer Hondema zegt indertijd ook wel zijn stem aan het voor
stel te hebben gegeven maar er moeten geen kapitalen voor nodig zijn.
De heer de Boer ziet de molen als een monument. Het is een van
de laatste molens, die 200 jaar geleden volledig als handwerk is
gebouwd. Spreker weet niet of de destijds gevoteerde bedragen toe
reikend zullen zijn. Hij acht het een bezwaar dat ook de gemeenten
belangrijk in de kosten moeten participeren; dit is zuiver een rijks-
en provinciaal belang. Het gaat echter niet aan ze zonder meer te la
ten verdwijnen. Do grond is vermoedelijk in 1882 door een fout niet
mee overgedragen aan het waterschap. Spreker is niet alleen voorstan
der van restauratie van de molen maar zegt, dat ook het bezoek aan
dit monument moet worden gestimuleerd door excursies van scholen eto.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voorstel
besloten.
9. Voorstel tot verkoop van een perceeltje grond aan J.Sohuurmans te
Grouw.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
10.Voorstel tot verpachting van twee percelen weiland aan de gebr. J.L.
en F.L.Hoekstra te Oldeboorn.
De heer Van der Heer vraagt waarom deze grond aan veehouders van
Oldeboorn wordt verpacht. Overigens kan spreker wel met het voorstel
meegaan.
De voorzitter zegt dat de gebr. Hoekstra ook voor de aankoop van
deze grond al pachters waren.
11«Comptabiliteit.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
Rondvraag. De heer de Boer vestigt de aandacht op de situatie bij de
Nieuwe brug over de Foudering; welke onbevredigend, ja zelfs gevaar
lijk kan worden genoemd. De brug is namelijk onbeheerd, en kan door
een ieder worden gedraaid. Niet alleen volwassenen, maar ook de jeugd
maakt hiervan gebruik en speelt brugwachtert je. Spreker zegt dat de
ze toestand nodig moet ophouden, anders blijven ongelukken niet uit.
De verkeersplanken en de verlichting zullen nu worden aangebracht,
maar hoe staat het met een brugwachter?
De voorzitter antwoordt, dat het aanstellen van een brugwachter
niet zo eenvoudig ligt. Spreker herinnert aan een indertijd in Narga
gehouden vergadering van Plaatselijk Belang. Hij heeft deze kwestie
toen ook aangevoerd maar het bestuur was, wat de aanstelling van een
brugwachter betreft, optimistisch gestemd.
Spreker zegt toe gemeentewerken een onderzoek te laten instel
len.
De heer de Boer vraagt of er wel pogingen gedaan zijn om een
brugwachter te krijgen.
De voorzitter zegt brugwachter de Jong gepolst te hebben. Deze had
echter geen interesse. Spreker vraagt de heer de Boer of hij zijn
medewerking wil verlenen bij het vinden van een geschikte candidaat»
De heer de Boer zegt dit gaarne toe.
- Nethouder de Jong -