De raden der gemeenten baarderadeelIdaarderadeel
Rauwerderhem en ïïtingeradeel
Gelet op de bepalingen van de "Wet Gemeenschappelijke Rege-
lingen"en de Vleeskeuringswet (Stbl. 1919» nr. 524);
Beslui ten:
vast te stellen de volgende gemeenschappelijke regeling:
"Gemeenschappelijke regeling van de keuringsdienst van
"slachtdieren en van vlees in de gemeenten Baarderadeel,
"Idaarderadeel, Rauwerderhem en Utingeradeel, de vlees
keuringsdienst "Midden Friesland"."
Algemene
"bepaling
en:
Artikel 1.
De gemeenten Baarderadeel, Idaarderadeel, Rauwerderhem en
Utingeradeel vormen voor de uitvoering van de vleeskeurings-
wet (Stbl. 1919, nr. 524) één keuringskring, genaamd "Midden
Friesland" met één keuringsdienst.
Zij zorgen mede voor de instandhouding en exploitatie van de
openbare noodslachtplaats te Oldeboorn en treffen een ver
goedingsregeling voor de aanvoer van in nood gedode en ge
storven slachtdieren naar die slachtplaats.
Artikel 2.
In deze gemeenschappelijke regeling wordt verstaan onder:
a."de dienst", de gemeenschappelijke keuringsdienst van slach
dieren en van vlees in de gemeenten Baarderadeel, Idaarde
deradeel, Rauwerderhem en Utingeradeel, waartoe behoort de
instandhouding en exploitatie van de noodslachtplaats te
Oldeboorn
b."de vleeskeuringsdienst", de gemeenschappelijke keurings
dienst van slachtdieren en van vlees in de gemeenten Baar
deradeel, Idaarderadeel, Rauwerderhem en Utingeradeel
"de centrale gemeente", de gemeente Utingeradeel.
directeur", de keuringsdierenarts, hoofd van de dienst,
commissie", de commissie ingesteld ter behartiging van
gemeenschappelijke belangen van de dienst,
slachtplaats", de
dienst jaar
c.
d.
e
f.
"de
"de
de
"de
"het
openbare noodslachtplaats te Oldeboorn,
het kalenderjaar.
Bestuursor
gaan en de
samenstel
ling hiervan:
Artikel 5.
In alle deelnemende gemeenten wordt de verordening als bedoeld
in artikel 20. eerste lid van de Yleeskeuringswet (Staatsblad
1919, nr. 524) gelijkluidend vastgesteld op advies van de
commissie
Artikel 4.
1Voor Ie behartiging van de gemeenschappelijke belangen ten
aanzien van de dienst wordt een commissie ingesteld, waar
van de zetel is gevestigd te Akkrum
2. Elk der deelnemende gemeenten is in de in het eerste lid
bedoelde commissie vertegenwoordigd door een lid van het
college van burgemeester en wethouders.
3. Als voorzitter van de in het eerste lid bedoelde commissie
treedt op de vertegenwoordiger van de centrale gemeente en
als secretaris een door de commissie als zodanig benoemde
ambtenaar van de centrale gemeente.
■v