- 5 -
2. De toekenning van een toelage voor het bezit van het diploma gemeenteadmi
nistratie I blijft achterwege voor de ambtenaar, die de rang van adjunct
commies of een hogere rang bekleedt.
3. Burgemeester en wethouders kunnen bij algemeen verbindend besluit bepalen,
dat de in het eerste lid bedoelde toelage niet wordt toegekend aan een amb
tenaar, die een in dat besluit vermeld ambt bekleedt, voor de daarbij ge
noemde akten of diploma's.
4. Uit hoofde van het bezit van akten en diploma's wordt aan de ambtenaar in
totaal niet meer dan f 408,- per jaar toegekend.
5* Het salaris van een ambtenaar in een rang, waarvan het maximum salaris over
eenkomt met dat van een adjunct-commies bij het Rijk of een hogere rang, die
niet in het bezit is van het diploma gemeenteadministratie I wordt vermin
derd met het bedrag, dat in het eerste lid van dit artikel achter dat diplo
ma is vermeld.
6. Het salaris van de directeur van gemeentewerken en van de adjunctdirecteur
van gemeentewerken, die niet in het bezit zijn van twee M.T.S.-diploma's of
van een M.T.S.-diploma en een daaraan gelijkwaardig diploma, wordt vermin
derd met f 204j- per jaar.
7. De toekenning van de toelage voor het bezit van de diploma's archiefverzor
ging, bevolkingsboekhouding of boekhouden (associatie) blijft beperkt tot
de ambtenaren beneden de rang van adjunct-commies.
8. In bepaalde gevallen, zulks naar het oordeel van burgemeester en wethouders,
kan voor het bezit van andere diploma's of akten waarvan het bezit in het be
lang is van het dienstonderdeel, waarbij de ambtenaar werkzaam is, een toe
lage worden toegekend, evenwel met dien verstande, dat de waardering voor
deze diploma's of akten zich beperkt tot de bedragen, welke zijn verbonden
aan de akten of diploma's, genoemd in het eerste lid van dit artikel.
Artikel 16.
De ambtenaar, aan wie de verplichting wordt opgelegd een eigen vervoermiddel
ter beschikking van de dienst te stellen, ontvangt deswege een tijdelijke door
burgemeester en wethouders vast te stellen vergoeding.
Artikel 17»
1. Indien het loon van een jeugdig ambtenaar minder bedraagt dan het voor hem
krachtens het volgende lid bepaalde grensbedrag, en hij, naar het oordeel
van burgemeester en wethouders, niet kan inwonen bij het gezin waartoe hij
behoort, kunnen burgemeester en wethoudern bepalen, dat aan hem, bij wijze
van tijdelijke maatregel, een tijdelijke pensiontoelage wordt verleend,
waarvan het bedrag ten hoogste gelijk zal mogen zijn aan het verschil tussen
het voor hem bepaalde grensbedrag en zijn loon.
2. Het grensbedrag, bedoeld in het vorige lid bedraagt bij een leeftijd van de
ambtenaar van:
20 jaar f 2533j80 per jaar of f 211,15 per maand
19 jaar f 2456>04 per jaar of f 204>67 per maand
18 jaar f 2378,28 per jaar of f 198,19 per maand
17 jaar of jonger f 2300,52 per jaar of f 191>71 per maand
Artikel 18.
1Het genot van de bezoldiging vangt aan met de dag, waarop de aanstelling
ingaat. Indien in het besluit van benoeming geen datum van ingang is ver
meld, vangt het genot van de bezoldiging aan met de dag, waarop het ambt
is aanvaard.
2. De bezoldiging wordt per maand uitbetaald.
3» Het genot van de bezoldiging eindigt op de dag van ontslag uit de be
trekking of op de dag van het overlijden van de ambtenaar.
- Artikel 19 -