- 8 - dan mankeert er mijns inziens iets aan. Ik geloof, dat het een goede gewoonte is, dat men ook het vrouwelijk element in onze democratische staatsinstelling de kans geeft hun stem mee te laten horen en vaak terecht. Hartelijk dank daarvoor, mijnheer Hondema. Mijnheer van der Hem u heht nog gesproken, aansluitende eigenlijk op dat geen, dat al gezegd was en ik hen u zeer erkentelijk voor uw vriendelijke woorden en dan wou ik graag aansluiten meteen op u mijnheer Dantuma. We hebben straks nog even afscheid van de heer Dantuma genomen, omdat dit bijna uw laatste raadsvergadering is. Zaterdag bij de installatie van mijn opvolger is u er nog bij aanwezig, maar dan is uw loopbaan als ik het zo mag noemen als raadslid geëindigd. Ik wens u het allerbeste. We hebben het prettig met elkaar gehad, u had begrip voor bepaalde situaties, en u was ook echt wel degene, die de zaken niet op de spits dreef maar rustig en weloverwogen op uw eigen wijze de zaken naar voren bracht. Hartelijk dank daarvoor en ook voor uw bijzonder vriendelijke woorden, die u aan mijn adres heeft gericht. Ik wou dan, om het niet te lang te maken, verder gaan en dan ml ik niet u vergeten mijnheer Schulp, die hier, zoals u het zelf al zegt, als waarne mend secretaris zit. U heeft dezer dagen ook gesproken over de prettige samen werking die wij hebben gehad. Dat is inderdaad zo. We hebben een samenwerking gehad, dames en heren, tussen de ambtenaren en wat mij betreft die voortreffe lijk was. Ik kwam nooit bij u op de secretarie of bij een van uw mensen ver geefs aankloppen. Het is zo een burgemeester behoeft en kan ook niet alles weten en dan moet hij wel een vragen, jongens hoe zit dit of dat en dan waren jullie altijd bereid om mij ten opzichte daarvan op de meest prettige wijze van voorlichting te dienen. Ik kan u wel zeggen', dat wij in het college maar ook in de raad u met uw mensen op de secretarie daar zeer erkentelijk voor zijn en van mijn kant of van onze kant doorvoor in uw arbeid de beste wensen. Dames en heren ik wil ook graag een woord van dank brengen aan de mensen van de buitendienst, die vaak onder moeilijke omstandigheden hun werkzaamheden moeten verrichten; ik ben er mee bekend, ik heb het van nabij meegemaakt en ik wil ook graag een woord van dank brengen aan de technische mensen hier, de dienst van gemeentewerken, die het ten gevolge van hun te kleine bezetting uitermate druk hebben, maar toch nog weten datgene te doen wat nodig is. Ik wil ook aan de heren van de politie mijn dank betuigen, zowel aan de politie te land, als aan de politie te water voor de steun en bijstand, die ik heb ge had wanneer ik eens een beroep op hun deed. Ik moet u zeggen, dat is nooit te vergeefs geweest en ik ben daar de heren zeer erkentelijk voor. En dan denk ik nog even aan de heer Hornstra, de directeur van sociale zaken; mijnheer Horns tra, wanneer er dan ergens een woonwagen strandde of er lag iemand met een gammel scheepje, dan kwam u bij me om te vragen wat moeten we met die man. Dan hebben we dat altijd opgelost, zoals u dat ruim van hart voorstelde. Ik dank u ook verder voor het werk dat u in G.S.W—verband als secretaris van de ad viescommissie daarvoor hebt willen doen. Hartelijk dank mijnheer Hornstra. En dan zou ik ook een belangrijk figuur niet willen vergeten en dat is de ontvanger, dames en heren. De ontvanger is een man, waar wij uiteraard ook wel eens mee ta maken hebben en ik wil dan ook graag de ontvanger bedanken voor zijn prettige wijze, waarop hij steeds de belangen van de gemeente heeft behartigd en voor de correcte wijze waarop hij zijn dienst heeft verricht. De directeur van gemeentewerken nog een persoonlijk woord tot u, voor de prettige wijze waarop u vaak de moeilijke problemen wist op te lossen. Ik geloof wel, dat ik aan het eind ben gekomen van diegenen, die in dienstverband tot de ge meente staan en ik wil, het kan zijn, dat ik iemand heb vergeten, me graag bij voorbaat verontschuldigen. Ik wil daarbij ook echt niet vergeten, de heren van het onderwijs, die een moeilijke maar ook een dankbare taak hebben om de kinderen datgene bii de brengen wat ze echt nodig hebben. - En -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1962 | | pagina 19