- 3 -
wat de werkzaamheden betreft, tussen de burgemeestersfunctie en de journa
listieke functie niet te groot is.
Ik kan die vraag en die zorg begrijpen. Daarom hoop ik, mijnheer de
loco-burgemeester, dames en heren raadsleden, dat u er op uw beurt weer be
grip voor wilt hebben, dat ik er behoefte aan heb op dit punt wat dieper in
te gaan.
Is de stap van de journalistiek naar het burgemeestersambt wel zo groot
als hij op het eerste gezicht lijkt Bij het beantwoorden van deze vraag gaat
het er om, over welke sectoren van de journalistiek men spreekt. Om u een drie
tal voorbeelden te noemen - voorbeelden die met meerdere uitgebreid kunnen
worden - de stap is bepaald niet groot voor de journalist, wiens aktiviteiten
liggen op het terrein van de parlementaire werkzaamheden, of van de financieel-
economische problematiek, of van de plattelandsvraagstukken. Dit laatste ter
rein, het platteland, is nu bijna zeventien jaar lang mijn journalistieke
arbeidsveld geweest.
De journalist nu, die werkzaam is in êên van deze drie sectoren, beweegt
zich in een uitgestrekt, soms oeverloos lijkend gebied van in wezen bestuur
lijke en beleidsvraagstukken. En hierin ligt, naar mijn mening, de essentie
van de vergelijkbaarheid tussen het burgemeestersambt en de journalistiek.
Evenmin als een burgemeester, zou een journalist constructief werkzaam
kunnen zijn, wanneer zijn belangstelling voor de bestuurlijke en beleidsvraag
stukken alleen academisch zou zijn. Die belangstelling moet, wil hij met zijn
dagblad gezag verwerven en invloed kunnen uitoefenen, concreet, praktisch
gericht zijn. Want een zichzelf serieus nemend dagblad immers, is niet alleen
maar een stuk papier, waarop belangrijk en minder belangrijk nieuvs wordt gedrukt.
Het is óók een politiek en maatschappelijk, een cultureel en geestelijk insti
tuut, dat iets wil bereiken. Een instituut, dat via publiciteit en menings
vorming, bepaalde stromingen en opvattingen in het volksleven tot gelding
tracht te brengen. Stromingen en opvattingen, waarin het concepties van vrij
heid, rechtvaardigheidverdraagzaamheid, burgerzin en gezond verstand ver
tegenwoordigd ziet, met de concretisering waarvan het de menselijke samen
leving het beste gediend acht.
Daarom kan op de achtergrond van de journalistieke aktiviteit, een
eigen normatieve visie op mens en maatschappij evenmin ontbreken, als een
dringende behoefte aan eerlijkheid en objectiviteit.
Voor de tweede maal, geloof ik, raak ik hier punten aan van persoon
lijke instelling waaruit blijkt, dat de afstand tussen de journalistiek en
het burgemeestersambt kleiner is dan zij lijkt.
De journalist, die zich zijn verantwoordelijklieid en mogelijkheden be
wust is, zal dus de drang in zich hebben met zijn publiciteit de naar zijn
mening meest gewenste ontwikkeling te stimuleren. Hij wil met zijn werk iets
bereiken, dat in het algemeen belang, of in een te rechtvaardigen regionaal,
plaatselijk of persoonlijk belang, nuttig, wenselijk en rechtvaardig is. Daar
bij zal hij, evenals de verstandige politicus, een compromis, waar dat nood
zakelijk is, niet verwerpen. Tevens ook moet zijn verbeeldingskracht ruim
genoeg zijn, om voor alternatieven te kunnen zorgen.
Voor de derde maal, meen ik, ben ik hier een punt genaderd van over
eenstemming tussen de burgemeestersfunctie en de journalistieke functie.
Ik wil u nog een vierde belangrijk punt van overeenstemming noemen. Een
journalist moet geïntegreerd kunnen denken, maar vooral ook moet hij geïnte
greerd durven denken.
Het laatste ligt minder voor de hand dan het lijkt en niet zelden ook
wordt het door tal van krantenlezers weinig gewaardeerd. Geïntegreerd denken
immers houdt in, dat de ontwikkelingsmogelijkheden in hun samenhang worden
beoordeeld. Dat betekent een keuze doen, prioriteiten stellen, een oordeel
- uitspreken -