STICK TING SIIDEP.GOA
PETEAR3INTEUM ALDDJIP
ST SEIKO RG AM MIDDEN-FRIESLAND
C.7.O.a.c.h. 315O-B/B
Ds ruimteli;ike ontwikkeling van het friese platteland
Zeer beknopt overzicht van de inhoud der interimnota van de Provinciale
Planologische Dienst.
£e ontwikkeling van het platteland tot heden
1. Het productiepatroon verschuift in onze samenleving van agrarisch
en ambachtelijk steeds meer naar industrieel.
2. Dit brengt mee 1 a. concentratie van de economische activiteiten
in de grote centra,
b. verstedelijking,
c. functieverlies van dorpen.
3. Ook de agrarische productiemethoden veranderen (rationalisatie en
mechanisatie), waardoor de arbeidsbehoefte in de landbouw afneemt.
4. Deze processen van industrialisatie en verstedelijking verlopen
in Friesland in vertraagd tempo.
IIBevolklngsverloop
1Friesland wordt onderscheiden in stad en platteland. Als "stedelijke
centra" worden beschouwd Leeuwarden, Sneek, Harlingen, Franeker,
Bolsward, Joure, Heerenveen, Drachten, Wolvega en Lemmer? het ove
rige deel van de provincie wordt als "platteland" aangeduid,
2. Het friese platteland omvatte in 188O 74/6 van de totale bevolking?
in 1 960 nog 61%.
3. Het bevolkingsverloop is samengesteld uit 2 geboorteoverschot
(geboorten min sterfte) en nugratieoverschot (vestiging min ver
trek).
4. Het geboorteci jfer in Friesland als geheel bedraagt de laatste
jaren rond 10.000 per jaar. Sedert 188O is .het afgenomen van 31
per jaar per duizend inwoners tot 22 (Nederlands 21
De huwelijksvruchtbaarheid is vrij groot, namelijk 155 (Nederland
gemiddeld 146) levendgeborenen per 1000 gehuwde vrouwen beneden
50 jaar, Zie bijlage i)
5» Het sterftecijfer bedraagt thans gemiddeld 4000 per jaar (=.8,6/6;
Nederfand 7 5$) (Zie bijlage II
6. Gevestigd zijn in de verschillende gemeenten de laatste jaren ge
middeld 22.000 personen per jaar, van welke 9500 van buiten Fries
land.
In de plattelandsgemeenten bedroegen de vestigingen ongeveer
10.000 per jaar; zij blijven gemiddeld 12?6 beneden het gemiddelde.
(Zie bij],age III)
7. Het vertrekcijfer bedroeg gemiddeld 27.000 per jaar? uit de plat
telandsgemeenten 14.700 per jaar. (Zie bijlage IV
8. Het .ggboorteoverschot bedroeg rond 6000 per jaar? het vertrekovorschot
8000 per jaar. zodat 80^6 van het geboorteoverschot vertrekt.
9. Het plattelandsgebied verloor in de periode 1950-1959 2 ruim 9000
inwoners.