Gistermorgen konden wij tot dit besluit komen en is de opdracht doorgegeven. Het resultaat van de onoordeelkundige inmenging van de Birdbevolking is geweest, dat er vier weken tijd verloren zijn gegaan. Die inlichtingen had de Birddelegatie ook van "burgemeester en wethouders kunnen krijgen vóór zij naar gedeputeerde staten ging. MejBosma heeft de indruk, dat de voorzitter wat geprikkeld is over de critiek, die op het college is uitgeoefend. Spr. zegt, dat het niet do "bedoeling is geweest critiek uit te oefenen maar meent, dat het een demo cratisch recht is zijn afwijkend standpunt kenbaar te maken. Het fabeltje over het gemeentefonds heeft Spr. goed begrepen. Spr. heeft deze vraag ge steld om het publiek te tonen, dat dit bedrag inderdaad uit het fonds komt. De voorzitter heeft gesproken over de consequenties, die het wonen in de Bird meebrengt, welke de boeren zich overigens wel bewust zijn. Dit geldt echter ook voor de voorzitter persoonlijk. Toen de voorzitter zijn ambt aanvaardde wist hij v/elke woning hij in gebruik diende te nemen. Desondanks' kwam enkele maanden later de bouw van een nieuwe ambtswoning ter tafel, hoe wel de meerderheid van de financiële commissie hiertegen ernstig bezwaar maakte. Wethouder de Jong zegt zich gedrongen te voelen mee te delen, dat de raad indertijd de begroting met algemene stemmen heeft aanvaard. Ook mej. Bosma heeft toen geen aantekening gevraagd, dat zij geacht wilde worden ten aanzien van dit punt tegen te stemmen. Mej. Bosma repliceert, dat zij destijds inlichtingen heeft gevraagd over de financiële consequenties. De gemeentesecretaris heeft toen gezegd, dat het later als afzonderlijk punt zou worden behandeld. Misschien heeft zij het dan verkeerd begrepen. Wethouder de Jong merkt nog op, dat, toen de sanering in de B.en W.- vergadering aan de orde werd gesteld, de voorzitter zelf heeft voorgesteld als eerste punt de ambtswoning te schrappen. Mej. Bosma geeft toe, dat het wellicht verstandiger zou zijn geweest indien de Birddelegatie niet achter de rug van B.en W. om met gedeputeerde staten hadden gesproken. De gevolgen hiervan hebben de bewoners niet kunnen overzien,hoewel te allen tijde hen dit recht toekomt. Spr. zegt, dat de voorzitter zich over dit punt critisch tegenover de gedeputeerde staten heeft geuit. Spr. vraagt van wie het college de inlichtingen heeft ontvangen, van de Birdbewoners of van de gedeputeerde staten zelf. De heer Sjoerdsma vraagt of de delegatie was samengesteld uit het waterschapsbestuur of uit de bewoners. Het laatste blijkt het geval te zijn. Mevrouw Kuipej>-Koopstra wil Dij instelling van een abonnementsprijs deze uitbreiden tot de neringdoenden. De heer Honderna meent, dat deze kwestie nuchter bekeken moet worden. Tot toepassing van trucjes moet men niet overgaan. Vragen stellen, zoals mej. Bosma heeft gedaan, louter om het publiek in te lichten, vindt hij niet juist. Dit ruikt naar partij-politiek. De heer Van de Lageweg zegt, dat de Bird vroeger veel dichter bij Grouw lag dan tegenwoordig. De isolatie is door het graven van het provin ciale kanaal veel groter geworden. Men kan hier dus niet de nadruk leggen op de consequenties. De mensen zijn daar niet uit eigen vrije wil gaan wonen. Eigenlijk zou de provincie de kosten voor haar rekening moeten nemen. Mej. Bosma merkt op dat de heer Honderna het woord "partij-politiek" heeft genoemd. Spr. zegt geenszins de bedoeling te hebben gehad hier politiek te bedrijven. Ook als lid van een andere partij zou haar visie ten opzichte van dit geval gelijk zijn gebleven. voorzitter vestigt er de aandacht op, dat hij beslist niet gezegd heeft, dat de bewoners van de Bird niet het democratisch recht zouden hebben om buiten het college van B.en W. om contact met gedeputeerde staten op te nemen. Wel heeft hij gezegd dat hij de wijze, waarop dit is aangepakt, on verstandig vond. Wanneer men in de Bird het gevoel heeft, dat de belangen van die bewoners niet voldoende worden behartigd, dan kan dat misschien wor den afgeleid uit het onderhoud, dat Spr. onlangs met enige boeren heeft - gehad. -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1963 | | pagina 19