Me jBosma meent, dat het belangrijk kan zijn, dat bij een eventueel te volgen
procedure blijkt, dat de woordvoerder i.e. de heer Mulder door de anderen als
zodanig is aangewezen.
De heer Hondema zegt, dat de raad gevoegelijk kan aannemen, dat dit zo is, maar
hij voelt toch wel iets voor het standpunt van mejBosma en stelt het op'prijs,
dat de overige eigenaren alsnog zouden worden ingelicht.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voorstel besloten.
Bondvraag.
De heer Hondema vraagt naar de plannen tot bouw van de nieuwe P.E.B.-centrale.
De voorzitter antwoordt, dat burgemeester en wethouders een onderhoud met het
college van gedeputeerde staten en de ontwerpei van het plan hebben gehad. De
inhoud van deze besprekingen is echter strikt vertrouwelijk, zodat hij geen na
dere mededelingen kan doen. Een verslag van deze bijeenkomst met een situatie
tekening is nog niet ontvangen. Wel is een brief ontvangen waarin gevraagd wordt
mee te delen hoe burgemeester en wethouders over de bouw op die plaats denken»
Op onze vraag om ons inzage te geven van de interne en vertrouwelijke rapporten
van de deskundige medewerkers werd afwijzend beschikt omdat de rapporten zich
naar het oordeel van de gedeputeerde staten voor zodanige inzage niet leenden.
Burgemeester en wethouders hebben hierop toen geantwoord, dat zij zeer teleurr-
gesteld waren over het niet verstrekken van de gevraagde gegevens omdat de be
tekenis daarvan niet kon opwegen tegen de verantwoordelijkheid, die het gemeente
bestuur had te dragen bij het bepalen van zijn standpunt over het al dan niet
meewerken aan de vestiging van de centrale.
Wethouder de Jong kan zich indenken, dat de gedeputeerde sta.ten geheimhouding
opleggen zolang de provinciale staten nog geen kennis van het plan hebben genomen.
De voorzitter verwacht, dat de provinciale staten naar het door de gemeente in
genomen standpunt zullen informeren. Burgemeester en wethouders zitten nu bijna
3 weken te wachten op de cijfers genoemd in de bewuste bespreking. 3pr. heeft
aan het besprokene niets kunnen ontdekken wat vertrouwelijk is.
Wethouder de J on g deelt dit sta,ndpunt niet. Hier is iets in de publiciteit ge
komen zonder dat de provinciale Staten en de betrokken gemeente ingelicht waren,
bpr. kan zich indenken, dat men hiervan in Leeuwarden is geschrokken en nu voor
zichtig blijft.
De /oorzitter vraagt wethouder de Jong of deze de inhoud van het besprokene zo
geheim vindt.
Wethouder de Jong: "Voorzitter, ik onthoud mij van een mening hieromtrent".
De heer Van der Heer heeft "rare geluiden" gehoord over de aansluiting op de
waterleiding in de super-onrendabele gebieden.
De voorzitter antwoordt, dat de zaak heel eenvoudig ligt. Morgenvroeg hebben
b. en w. hierover een bespreking met de 74 belanghebbenden, die reeds een voorstel
tot aansluiting hebben gekregen. Spr. hoopt op een beslissing,
Mej. Bosma vraagt of het voorstel met algemene stemmen moet worden aangenomen.
De voorzitter; "Dit hoeft niet. Belangrijk is wel wie er mee doet. Betrokkenen
moeten gedurende 35 jaar f 3>40 per ha. bijdragen. De gemeente geeft een bijdrage
ineens van f 27.500,—.De economische waarde van de aansluiting op de water
leiding voor oedrijven is destijds door de Cultuurtechnische dienst berekend op
4" 350 per ha. per jaar, eeuwigdurend. De bijdrage is hier jaarlijks f 3,40 ge
durende 35 jaar".
De heer El sen ga /raagt of de V.ildlanden niet in het plan zijn opgenomen.
De voorzitter; "Deze keer niet. Vermoedelijk worden deze bedrijven in de 2e
ronde opgenomen".
De heer Jan der Hem zegt, dat de economische waarde van waterleiding op de boe
renbedrijven moeilijk is te berekenen.
De heer Van der Meer vallen de cijfers mee. Het dorp Priens behoorde destijds
maar tot de onrendabele gebieden. De bijdrage ineens was toen ?/einig hoger dan
deze bijdragen over 35 jaar. ,^1*.
- Verder -
