Artikel 5.
De kennisgeving, dat een slachtdier dood geboren, gestorven of in nood
gedood is, als bedoeld in artikel 3 van het besluit, geschiedt zo spoedig moge
lijk, doch uiterlijk op de eerste werkdag na het waarnemen van de dood of na het
doden, aan het bureau van de vleeskeuringsdienst gedurende de tijd, dat het bu
reau is geopend.
Artikel 6.
1Behoudens het bepaalde in artikel 9 der wet is ieder^inede gemeente vlees in
voert dat niet gekeurd of nader gekeurd is in een der tot de vleeskeurings
dienst behorende gemeenten verplicht hiervan onverwijld kennis te geven aan
het bureau van de vleeskeuringsdienst gedurende de tijd, dat het bureau is
geopend, met vermelding van de plaats, waar het vlees, in afwachting van de
nadere keuring, als bedoeld in artikel 8 van de wet, zich bevindt.
2. Van ingevoerd verpakt vlees, dat is gemerkt op de wijze, bedoeld in artikel 46
derde lid, van het besluit, mag de verzegeling niet worden verbroken zonder
toestemming van de met de keuring belaste ambtenaar.
Van de keuring
Artikel 7
Met de keuring en de nadere keuring is met inachtneming van de terzake
wettelijk verleende bevoegdheid het personeel van de vleeskeuringsdienst belast.
Artikel 8.
1De keuring vóór het slachten geschiedt ter plaatse, waar het slachtdier zich
bevindt, vermeld in de kennisgeving, bedoeld in artikel 4, met dien verstande,
dat indien deze plaats zich niet in de onmiddellijke nabijheid bevindt van die
waar de slachting zal geschieden, de directeur een andere plaats kan aanwijzen
2. De keuring na het slachten geschiedt ter plaatse van slachting, vermeld in de
kennisgeving, bedoeld in artikel 4-
3. De keuring van gestorven of in nood gedode slachtdieren geschiedt in de open
bare noodslachtplaats te Oldeboorn.
4. De keuring van in de gemeente ingevoerd vlees geschiedt ter plaatse, vermeld
in de kennisgeving, bedoeld in artikel 6.
Artikel 9.
1. Op zondag, benevens op door burgemeester en wethouders aan te wijzen dagen,
wordt niet gekeurd, tenzij de directeur in een bijzonder geval keuring nodig
oordeelt.
2. Op werkdagen geschiedt de keuring tussen uren, welke door burgemeester en
wethouders worden vastgesteld.
Artikel 10.
1De keuring vóór het slachten heeft plaats zo spoedig mogelijk en in elk geval
niet later dan op de eerstvolgende werkdag nè die, waarop de kennisgeving,
bedoeld in artikel 4» werd verricht.
2. De keuring nè het slachten heeft plaats zo spoedig mogelijk en in elk geval
niet later dan op de eerstvolgende werkdag nè die, waarop het slachten werd
beëindigd
3. De keuring van in de gemeente ingevoerd vlees heeft plaats zo spoedig moge
lijk en in elk geval niet later dan op de eerstvolgende werkdag nè, die, waar
op de kennisgeving, bedoeld in artikel 6, werd verricht.
- Artikel 11.-