De heer De Boer heeft respect voor het vele en moeilijke werk, dat burge meester en wethouders hij de voorbereiding van deze begroting hebben ver richt, ondanks het feit, dat zij slechts een uitgebeende begroting kunnen aanbieden. Spreker heeft de reeds toegezegde bedragen, zoals f 10.000, voor herstel van de Y/arstienserweg en f 17.500,voor de kantine in Roo:r- dahuizum, in deze begroting gemist. Wij hebben nu een begroting, waaraan heel wat ontbreekt. Het zit niet alleen vast op het tekort van f 18.000, Voor spreker ligt de zaak dieper en daarom vraagt hij zich af, of het niet beter is een re'éle begroting in te dienen, ook al zal deze niet sluitend zijn. De voorzitter antwoordt de heer De Boer, dat de door hem genoemde bedragen wel in de begroting zitten en opgenomen zijn in de saldireserve. De heer Honderna merkt op, dat uit de discussies wel blijkt, dat er onte vredenheid bij de raad heerst, en terecht. Wanneer die f 18.000,alsnog gevonden moet worden door verhoging van de wegbelasting, wil hij er des noods wel zijn stem aan geven, maar dan onder protest. De heer Postma beklemtoont de slechte onderhoudstoestand van verschillende gemeenteeigendommen. Hij wijst op de onhoudbare toestand van de wegen, wat in geen enkele andere gemeente zo erg is. Met bloedend hart hebben we in de afgelopen jaren verschillende belastingen moeten verhogen en thans worden wij weer voor dat feit geplaatst, aldus spreker. Het valt hem moeilijk hier- aan mee te werken. De heer Van der Hem zegt, dat de heer De Jong in zijn betoog al in de "grote" politiek terecht gekomen is. In aanmerking nemende, dat minister Toxopeus als minister van binnenlandse zaken in hoofzaak verantwoordelijk is voor het beleid ten aanzien van de gemeenten en dat deze minister niet behoort tot de vier ministers, die door Dr.Vondeling als onbekwaam zijn gekwalificeerd en beneden de maat, meent spreker, dat het met de kritiek nog wel een beetje meevalt. Wethouder De Jong repliceert, dat hij Toxopeus wel een bekwaam minister acht, maar dat hij zijn politiek ten aanzien van de gemeenten funest vindt. Dat zijn twee verschillende dingen. Deze politiek doet hem denken aan de kabi netten Cud en Colijn, welke een ramp voor ons volk zijn geweest. De huidi ge regering gaat de rijksbelastingen verlagen met een miljard en dwingt de gemeenten tot de daardoor noodzakelijk geworden verhoging van de gemeente belastingen. Ook overigens doen de handelingen van deze regering vreemd aan. Dat bij de begrafenis van een man als Churchill onze minister-presi dent ontbreekt, is een vreemde zaak. Dat onze Koningin eerst niet de be grafenis zal bijwonen en twee dagen later blijkt, dat dit wel zal gebeuren, verwekt op zijn minst verwondering. De voorzitter zegt, dat het protest, dat de heren De Boer en Hondema hebben laten horen, zeer begrijpelijk is, want het gaat inderdaad niet alleen om die f 18.000,er schort veel meer. Wij zijn overtuigd, dat wij met de belastingverhoging aan het eind van ons latijn zijn gekomen. Het gevolg hiervan is, dat de raad geen mogelijkheden meer heeft. Er kan dus een va cuum ontstaan tussen de raad en de burgers, die dit niet meer begrijpen. Het vertrouwen tussen de kiezers en gekozenen kan geschaad worden. De kie zers zeggen: "Ze doen maar wat; dit kan niet en dht kan niet, er is geen geld, enz.". Spreker geeft een opsomming van enkele noodzakelijke kapitaals- werken: verbetering Meersweg, wat f 162.000,gekost heeft, is financi eel nog niet rond, riolering in Roordahuiztom zal f 150.000,kosten, de brug in Wartena, hoe lang kan die nog draaien, kosten f 250.000,J.W. de Visserwei met zijtakken: een plan wordt gemaakt van ongeveer 2^- miljoen gulden, rioolwaterzuiveringsinstallaties 4,6 miljoen. Dit zijn de noodzake lijke dingen, maar de vraag is hoe de gemeente de jaarlijkse rente en af schrijving moet financieren. Spreker ziet deze situatie als een gezwel, waarvan de spanning toeneemt tot het gaat barsten en dat duurt geen jaren meer. - YYethouder De Jong -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1965 | | pagina 17