- 3 -
De heer De Boer zegt, dat de voorgestelde voorrangssplitsing Kerkbuurt-
Fricoweg wel enige verbetering zal brengen, maar dat de voordelen toch
zeer beperkt zijn. Ondanks de voorrang, welke het verkeer op de Kerkbuurt
straks heeft, zal bijvoorbeeld een grote brede vrachtauto, komende van de
Fricoweg, een uit de richting Wartena komende auto het inrijden van de
Fricoweg kunnen belemmeren, omdat deze weg voor deze passage te smal is.
De vrachtauto zal dus eerst de Fricoweg moeten zijn afgereden alvorens de
tegenligger deze weg kan inrijden.
De voorzitter antwoordt, dat in het door de heer De Boer gesignaleerde
geval de uit de richting Wartena komende auto inderdaad moet wachten, tot
dat de vrachtauto de Fricoweg heeft vrijgemaakt. Overigens vindt hij, dat
door de voorgestelde maatregel de verkeersveiligheid ter plaatse wel wordt
bevorderd, in het bijzonder voor het doorgaand verkeer, omdat vele niet
ter plaatse bekend zijnde automobilisten de Fricoweg als zijstraat nauwe
lijks opmerken.
De heer Van de Lageweg is het niet met de heer De Boer eens. Het verkeer
vanaf de Fricoweg moet straks wachten tot de Kerkbuurt vrij is en de prak
tijd zal wel uitwijzen, dat hier een goede verkeersverbetering geschapen
is. Hij verheugt er zich over, dat burgemeester en wethouders zo spoedig
aan zijn suggestie gevolg hebben gegeven. Hij zou wel willen, dat dit al
tijd zo was.
Wethouder De Jong zegt, dat hij zich niet tegen de voorgestelde maatregel
wil verzetten, maar toch in het algemeen wil opmerken, dat men niet alles
van de plaatsing van verkeersborden moet verwachten. Een teveel saan waar
schuwingsborden zal niet het nodige effect sorteren. Het moet niet zo
worden, dat men als het ware door de bomen het bos niet meer ziet.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel besloten.
14» Behandeling van de begrotingen voor 1963
De voorzitter geeft gelegenheid voor algemene beschouwingen, waarvan door
verschillende raadsleden gebruik wordt gemaakt.
De heer Van de Lageweg geeft zijn algemene beschouwingen op rijm;
Mijnheer de Voorzitter,
Pessimistisch over de toekomst
Kan men als raadslid nu wel zijn,
Want de zgn. zichtbare welvaart
Is in wezen toch maar schijn.
Gemeentelijke lasten worden hoger;
Bereiken nu haast wel de top,
En de raadsstukken bekeken,
Moet er nog een schepje op.
Ziet men pleinen, wegen, straten,
Zijn het allemaal nog gaten.
Bermen de hele zomer niet gemaaid,
Als met onkruid haast bezaaid.
Gemeente-eigendommen uit de verf,
Onderhevig aan het bederf.
Zo kan men spreken ongestoord
Met het woord er achter enzovoort.
Ik zeg dit, en al klinkt het raar,
Zo was het in het afgelopen jaar.
Vraagt mens waarom was het zo gesteld?
Antwoord iss er was te weinig geld.
Wel is de Meersweg goed hersteld
En vele bomen zijn geveld.
De Meanewei van drek verlost
Dat ook 5000 gulden kost.
- Y/ar ga -