14» Verzoek van de fa. Joh.de Visser en Zn.
te Grouw tot aankoop van grond en water
ten behoeve van de vestiging van een
scheepsmotorenbedrijf.
No. 340. Aan de gemeenteraad.
Grouw, 1 februari 1966.
Reeds geruime tijd geleden heeft de fa. Joh.de Visser en Zn. te
Grouw ons benaderd met het verzoek, medewerking te willen verlenen voor
de vestiging van een nieuw scheepsmotorenbedrijf alhier, zulks in verband
met de omstandigheid, dat het tegenwoordige aan de Grondaam gelegen be
drijf zeer ongunstig ligt en onvoldoende mogelijkheden tot expansie biedt.
Aangezien de aanwezigheid van één of meer scheepsmotorenbedrijven
voor een steeds belangrijker wordend watersportcentrum als Grouw van vi
taal belang moet worden geacht, hebben wij positief gereageerd op het tot
ons gerichte verzoek en met toepassing van artikel 20 der Wederopbouwwet
aan een strook water aan de noordzijde van de Rechte Grouw met een daar
aan grenzende strook grond bij de ingang van de nieuwe jachthaven (zie
overgelegde situatietekening) voorlopig de bestemming van bedrijfsbebouw-
ing gegeven.
Teneinde op deze plaats te kunnen bouwen diende de firma voorts de
beschikking te hebben over het betrokken perceel, dat eigendom van de ge
meente is en aan de heren R.Boltje te Zwolle en J.S.de Boer te Driebergen
was uitgegeven als ligplaats voor hun woonarken.
Wij hebben ons toen beraden over de vraag, of het verantwoord was,
het perceel in eigendom af te staan. Gelet op enkele ervaringen in het
verleden zij wij tot de conclusie gekomen, dat een te lichtvaardige ver
koop de ontwikkeling van een bepaald gebied in de verdere toekomst kan
frustreren. En aangezien het in het onderhavige geval om een zeer kwets
baar punt gaat, gelegen in een omgeving, waarvan de ontwikkeling niet
valt te overzien - wij denken hierbij o.a. aan een mogelijke noodzaak van
oprichting van gebouwen voor de outillage van de jachthaven - hebben wij
gemeend, dat aan uitgifte van het perceel in erfpacht de voorkeur moest
worden gegeven.
Na diverse besprekingen hebben wij toen aan de firma een voorstel
gedaan, strekkende tot uitgifte in erfpacht voor de duur van 30 jaar tegen
een jaarlijkse canon van f 325,met de mogelijkheid van verlenging en
de toezegging van een tegemoetkoming van f $000,bij eventuele verplaat
sing na het beëindigen van de erfpacht.
Ons voorstel was vervat in een concept-raadsbesluit, waarvan u door
de firma een exemplaar is toegezonden en waarnaar wij kortheidshalve mogen
verwijzen.
Daarnaast hebben wij als voorwaarde gesteld, dat de fa. de Visser
met de heren Boltje en de Boer een bevredigende regeling moest treffen,
om hen schadeloos te stellen voor gemaakte kosten wegens inrichting en
verandering van de ligplaats van hun woonarken.
In een thans tot u gericht schrijven deelt de fa. de Visser mede,
dat ons voorstel voor haar uit zakelijke overwegingen niet aanvaardbaar
is. Zij verzoekt daarom de grond en het water alsnog in koop te mogen
ontvangen.
- Zoals
GEMEENTE iDAARDERADEEL
GROUW