- 7 -
1UBenoeming van een bestuurslid der Stichting Friesma-Hiem te Grouw.
De heer Van de Lageweg vraagtwaarom maar een candidaat op de aanbeveling
voorkomt.
De voorzitter antwoordtdat ter vervanging van het aftredende lid,de heer
Stroop, gezocht is naar een tweetal candidaten uit de gereformeerde groepering.
De heer Burema was wel bereid, een benoeming te aanvaarden. De tweede candidaat
wilde wel figurant zijn, maar geen benoeming aanvaarden. Om die reden hebben
burgemeester en wethouders gemeend alleen de heer Burema te moeten voordragen.
Hierna wordt de heer Burema benoemd met 11 stemmen. Op de heer Swierstra is
I stem uitgebracht.
15. Benoeming van een lid van de Vorderingsocmmissiebedoeld in artikel 8 der Woon-
ruimtewet 19^7 wegens bedanken van mevrouw T.de Visser-de Heer.
De heer L.Th.Zwart wordt met 8 stemmen benoemd; op de heer Swierstra worden
k stemmen uitgebracht.
16. Comptabiliteit.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt het concept-besluit tot
wijziging der gemeentebegroting, dienstjaar 19&5 "tot besluit verheven.
Rondvraag.
De heer Vledder wijst op de verzakking van de trottoirtegels voorlangs de in
gang van de kleuterschool te Grouw, waardoor voortdurend grote plassen ontstaan.
Hij verzoekt dit trottoirgedeelte opnieuw te doen betegelen. Voorts merkt spreker
op, dat staatssecretaris De Meyer een bezoek aan Friesland heeft gebracht en
aangekondigd heeft, dat deze provincie k miljoen gulden uit de rijksmiddelen zal
ontvangen voor economische hulpverlening. Hebben burgemeester en wethouders ook
de rol van de '"grienende kou! hierbij gespeeld, vraagt spreker.
De voorzitter antwoordt, dat gemeentewerken reeds bezig is met de verbetering
van bedoeld trottoir.
Wat het tweede betreft zegt hijdat de betrokken plannen al te bestemder plaatse
waren voordat de heer De Meyer in Friesland was.
Mevrouw Spijkstra klaagt er over, dat de sloten in Roordahuizum door het vele
vuil, dat er in gestort wordt, op een vuilstortplaatsfeeginnen te lijken. Zou ge
meentewerken in overleg met de bewoners, die rommel niet eens kunnen opruimen,
vraagt spreekster.
De voorzitter voelt er niet voor, dit door gemeentewerken te laten opknappen,
als de bewoners te beroerd zijn om hun huisvuil regelmatig met de vuilniswagen
mee te geven. Misschien ligt hier een taak voor Plaatselijk Belang.
Mevrouw Spijkstra zegt, dat zij het ook zo bedoeld heeft. Indien Plaatselijk
Belang bereid zou zijn de bewoners hierbij in te schakelen om het vuil te ver
wijderen en in de vuilniswagen te deponeren, zou het euvel spoedig opgelost zijn.
De voorzitter verzoekt mevrouw Spijkstra Plaatselijk Belang te aktiveren. Ge
meentewerken zal er wel voor zorgen, dat een wagen gereed staat.
De heer Van Essen spreekt zijn voldoening uit over de wijze, waarop de ingang
en de accommodatie van de kleedgelegenheid op het sportveld in Roordahuizum in
orde zijn gebracht. De verlichting is echter nog pover. De speelweide is nog vaak
een modderpoel. Is daar nog iets aan te doen, vraagt spreker.
De voorzitter antwoordt, dat de verlichting een moeilijk punt is. Voor de ge
hele gemeente is een verlichtingsplan gemaakt, dat in gedeelten wordt uitgevoerd.
Het laatst is Warga aan de beurt geweest. Door deze werkwijze moeten wij inciden
tele gevallen, zoals de heer Van Essen aanroert, voorlopig even laten rusten. In
hoeverre de speelweide met weinig middelen in goede staat kan worden gebracht, is
een zaak, die door gemeentewerken moet worden bezien. De directeur van gemeente
werken zal worden opgedragen een onderzoek in te stellen.
Hierna sluit de voorzitter de vergadering.
Ongewijzigd vastgesteld in de openbare raadsvergadering van
II januari 1967.
secretaris. voorzitter.
