De voorzitter antwoordt, dat de 1 mei-dag indertijd in het Ambtenarenreglement
is opgenomen, nadat het georganiseerd overleg daarover is gehoord. Hij acht het wel
juist, dat het georganiseerd overleg over eventuele schrapping van deze dag ook
wordt gehoord.
De heer Prange trekt in verband hiermede zijn voorstel in en stelt thans voor,
burgemeester en wethouders op te dragen, de commissie van het georganiseerd over
leg over deze aangelegenheid te polsen.
Dit voorstel wordt ondersteund door de heer Van de Lageweg.
De heer Vledder voelt niets voor een dergelijke opdracht aan burgemeester en
wethouders. Indien het georganiseerd overleg meent deze zaak aan de orde te moeten
stellen, dan zal men dit wel doen.
Het voorstel-Prange wordt hierna aangenomen met 8 tegen 1+ stemmen. Tegen stem
men: mevrouw Spijkstra-Hijdam en de heren Bouma, Vledder en De Boer.
Het voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling van een nieuw
Ambtenarenreglement wordt daarna zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
5* Voorstel tot vaststelling van een nieuwe Arbeidsovereenkomstenverordening.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel be
sloten.
6. Voorstel tot vaststelling van een nieuwe Wachtgeldverordening.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel be
sloten.
7» Voorstel tot wijziging van de Uitkeringsvorordening.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel be
sloten.
8. Voorstel tot wijziging van de Premiespaarregeling.
De voorzitter zegt, dat in het voorstel wordt verwezen naar bladzijde 1*7 van
de bijlage OB.250Ö2. Dit moet zijn: 'bladzijde 1*6 en bladzijde 1*7, laatste alinea.
De heer Prange vindt het in het voorstel gebezigde woord "noodwendig" een af
schuwelijk germanisme. Overigens heeft hij geen bezwaar tegen het voorstel.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel besloten.
9' Voorstel tot vaststelling van een nieuwe verordening op de heffing van keurloon.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel be
sloten.
10. Voorstel tot het verstrekken van een uitkering ineens aan het gemeentepersoneel
over W
De heer De Boer zegt, dat dit voorstel bij hem een gevoel van onbehagen heeft
opgewekt, omdat deze procentuele verhoging het verschil tussen de beloning van de
hogere en de lagere ambtenaren weer vergroot. In vakbondskringen, maar ook in an
dere kringen, acht men het systeem van de procentuele loonsverhoging niet meer
juist, omdat daardoor de loonverschillen tussen de verschillende categorieën
steeds groter word In verband hiermede verzoekt hij de voorzitter, de navolgende
motie in bespreking te willen nemen:
De Raad der Gemeente Idaarderadeel op 11* december 1966 in vergadering bijeen,
behandelende het voorstel van B. en W. tot het verstrekken van een uitkering
ineens aan het Gemeentepersoneel over 1966 ad 2,95%,
overwegendedat door de procentuele verhogingen van salarissen en uitkeringen
in steeds toenemende mate onbillijke verhoudingen in de inkomens ontstaan,
voorts overwegende, dat het strijdig is met de belangen van de rechtspositie
van de ambtenaren, wanneer lagere organen inbreuk maken op uniforme Rijksre
gelingen van salarissen en voorzieningen,
spreekt als zijn mening uitdat de Regering zo spoedig mogelijk maatregelen
dient te nemen om bovengenoemde onbillijke verherdingen te beëindigen,
besluit