De voorzitter zegt, dat in de raad als toezichthoudend orgaan, en in het bestuur van het Recreatie oord, voor een deel dezelfde personen zitten, hetgeen een gevolg is van een welbewuste beslissing van raad en bestuur beide. Toen het Recreatieoord werd opgericht - dat was nog voor mijn tijd - voor zag de raad, dat de gemeente daarin grote financiële belangen zou krijgen, doordat zij garant zou moeten staan voor de leningen van het Recreatieoord, Het is toen-ter-tijd een zeer verstandig besluit van de raad geweest, dat zij een vinger in de pap wilde houden, als de gemeente garant moest zijn voor rente en aflossing van het geïnvesteerde kapitaal in het Recreatieoord. Op grond van deze overweging heeft de raad in de statuten vastgelegd, dat de burgemeester voorzitter zou zijn. Hierdoor wilde de raad zich verzeke ren van continu toezicht op het financieel beleid van het Recreatieoord. In tegenstelling tot wat hij beweert, zou de heer Moedt het niet voor zijn verantwoording durven nemen geen lid van het dagelijks bestuur van de ge meente in het bestuur van het Recreatieoord te willen hebben, ten einde rechtstreeks een vinger in de pap te hebben, gezien de grote financiè'le be langen die de gemeente bij dit object heeft. En het bestuur van het Recreatieoord denkt er niet anders over. Want zij staat bovendien nog op het standpunt, dat het gewenst is ook nog twee bestuursleden te hebben, die lid zijn van de raad. Dit is geen statutair voorschrift, maar het is wel de wens van het Recreatieoord, omdat het de gemeenteraad zo goed mogelijk geïnformeerd wil houden over haar handelen. Alleen de burgemeester wordt door de raad in de functie van voorzitter bij het Recreatieoord benoemd; de overige bestuursfuncties kan het bestuur zelf verdelen. De raad benoemt alleen maar bestuursleden. Zo is de tegenwoordige secretaris door de raad niet in functie benoemd. Hij is indertijd als bestuurslid van V.V.V. aangetrokken op grond van zijn administratieve, financiële en bestuurlijke bekwaamheden. Nadat de raad hem tot bestuurslid had benoemd van het Recreatieoord, heeft hij zich op ver zoek van het bestuur met het secretariaat belast. Ik ga voorbij aan de opmerking van de heer Moedt, dat de gemeente grote financiè'le belangen heeft in het Recreatieoord. Dat is het intrappen van een open deur. Maar zijn opmerking, dat leemten in de bedrijfsvoering niet genoemd zouden mogen worden in een discussie van de raad, is van andere aard. Het is uw plicht, mijnheer Moedt, dergelijke opmerkingen te maken, wanneer de begroting of de rekening van het Recreatieoord daartoe naar uw mening aanleiding geeft. U zoudt falen in uw verantwoordelijkheid als raadslid, wanneer u dit naliet. Maar dan moet u de leemten in de bedrijfsvoering niet op het verkeerde ogen blik ter sprake brengen. U moet de begroting 1967 van het Recreatieoord niet op 11 januari ongewij zigd en zonder hoofdelijke stemming goedkeuren en acht weken later zeggen, dat er niets van deugt Wanneer u als lid van de Financiële Commissie in uw rapport aan de raad adviseert, de rekening 1962 van het Recreatieoord goed te keuren onder mededeling, dat u geen op - of aanmerkingen hebt, dan kunt u bij de behande ling van rekening en rapport door de raad niet plotseling gaan stellen, dat het bedrijfs-economisch beleid ernstige tekortkomingen vertoont en dat een onderzoek nodig is van een onafhankelijke economische adviseur. Wie zulke dingen doet, die spreekt met twee tongen, êën tong voor de Financiële Commissie en een andere tong voor de raad. Het zal in uw kring geen onbekend woord zijn, mijnheer Moedt: "Wie met twee tongen spreekt, zal door zijn eigen tong vergaan' Het hele betoog dat u gehouden hebt, is niet anders dan een zwakke poging om de ernstige vergissingen, die u in de vorige raadsvergadering hebt begaan te verhullen, door formalistische coulissen rondom uw falen op te trekken.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1967 | | pagina 17