2. Bij de "beraadslaging in eerste instantie mag geen lid voor de tweede maal het
woord voeren.
3. De voorzitter verleent het woord in de volgorde, waarin het is gevraagd, met
dien verstande, dat over een voorstel of amendement allereerst de voorsteller
of een der voorstellers het woord mag voeren ter toelichting.
Artikel 28.
De orde kan echter worden verbroken, wanneer een lid het woord vraagt over een
persoonlijk feit, om een motie van orde in te dienen of over de vaststelling van
het te beslissen vraagpunt.
Artikel 29.
1. Niemand, met uitzondering van de voorzitter, voert meer dan twee maal over het
zelfde onderwerp het woord. De ledendie in eerste aanleg over een onderwerp
niet het woord hebben gevoerd, kunnen in tweede aanleg over ditzelfde onder
werp slechts éénmaal het woord voeren.
2. De voorzitter kan in bijzondere gevallen toestaan, dat van het bepaalde in het
vorige lid wordt afgeweken.
3. De rapporteur ener commissie en degenen, die enig voorstel hebben gedaan, zijn
ten opzichte van het voorstel, waarover het rapport handelt, of dat zij hebben
gedaan, niet aan het bepaalde in het eerste lid onderworpen.
U. Evenmin is het bepaalde in het eerste lid van toepassing op de wethouders bij
onderwerpen, welke behoren tot de meer in het bijzonder door hen behandelde
zaken»
5- Het stellen van een vraag om inlichtingen over een in behandeling zijnd onder
werp, zonder dat daarbij een toelichting wordt gegeven, wordt niet als het voe
ren van het woord aangemerkt
Artikel 30.
Een spreker mag in zijn rede niet worden gestoord, behalve door de voorzitter.
Indien een spreker van het onderwerp in beraadslaging afwijktbrengt de voor
zitter hem zulks onder het oog en roept hem tot de behandeling van het onder
werp terug.
Indien een spreker zich beledigende of onvoegzame uitdrukkingen veroorlooft,
of, op welke wijze ook, de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot
de orde geroepen. Dit feit wordt in de notulen vermeld.
Artikel 31
Indien een spreker voortgaat, van het onderwerp af te wijken, beledigende of
onvoegzame uitdrukkingen te gebruiken, de orde te verstoren of niet voldoet
aan de uitnodiging van de voorzitter, bedoeld in artikel 30, tweede lid, ont
neemt deze hem het woord.
Hiervan is beroep op de raad toegelaten, die hierover zonder beraadslaging be
slist.
In de vergadering, waarin dit plaats heeft, mag een lid, aan wie het woord is
ontnomen, aan de beraadslagingen over het in behandeling zijnde onderwerp niet
meer deelnemen.
Artikel 32.
De voorzitter kan, ter handhaving van de orde, de vergadering voor een door
hem te bepalen tijd schorsen of haar sluiten.
Artikel 33.
Is de voorzitter van mening, dat een onderwerp voldoende is toegelicht, dan
sluit hij de beraadslaging.
Artikel 3^.
Nadat de beraadslaging gesloten is verklaard, gaat de vergadering, tenzij door
geen der leden stemming wordt verlangd, tot hoofdelijke stemming over.
1.
2.
3.
- Artikel 35 -