De raad der gemeente Idaarderadeel
Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 23 augustus j.l.,
no. 1882*
besluit
vast te stellen de volgende
Verordening op de heffing van een belasting op
logeergasten in de gemeente Idaarderadeel.
Artikel 1
In deze gemeente wordt onder de naam van logeergastenbelasting een belasting
geheven van hen, die gedurende tenminste een week als logeergasten vertoeven in
een hotel binnen de gemeente
Artikel 2.
Belastingplichtig is de hotelhouder.
Artikel 3.
De belasting bedraagt voor iedere logeergast f. 1,— per nacht, gedurende
welke gelegenheid voor logies is verstrekt.
Artikel 4.
Iedere hotelhouder is verplicht:
a. in de door burgemeester en wethouders voorgeschreven vorm op de eerste
werkdag van elke maand aan de gemeente-ontvanger over te leggen een op
gaaf van de logeergasten, aan wie sedert de vorige opgaaf door hem gele
genheid voor logies is verstrekt en voor wie de belasting verschuldigd is.
b. aan de daartoe aangewezen ambtenaren desverlangd inzage te geven van het
register, voorgeschreven bij artikel 1+38 van het wetboek van strafrecht.
Artikel 5
1. Indien blijkt, dat een hotelhouder nalatig is geweest in het doen van op
gaven, bedoeld in artikel h, of minder logeergasten heeft opgegeven dan
hij had moeten opgeven, kan de te weinig geheven belasting van de be
lastingplichtige of zijn erfgenamen worden nagevorderd, zolang niet se
dert het tijdstip, waarop de belasting verschuldigd was, drie jaren zijn
verstreken.
2. Het ingevolge het bepaalde in het eerste lid na te vorderen bedrag wordt
met het tweevoud verhoogd, tenzij op grond van dwaling, verschoonbaar
verzuim of niet aan de belastingplichtige te wijten oorzaken redenen aan
wezig zijn, deze verhoging niet toe te passen.
Artikel 6.
1De belasting moet ten kantore van de gemeente-ontvanger worden voldaan
op de eerste werkdag van elke maand bij de overlegging van de in artikel
onder a, voorgeschreven opgaaf.
2. De gemeente-ontvanger geeft van elke betaling bewijs van kwijting af.
Artikel 7-
Een aanslag wegens navordering van deze belasting wordt door burgemeester en
wethouders aan de gemeente-ontvanger medegedeeld en is binnen vier weken na die
mededeling invorderbaar. De gemeente-ontvanger brengt binnen drie dagen na ont
vangst van deze mededeling de aanslag ter kennis van de belastingplichtige, onder
mededeling voor welke datum die aanslag voldaan moet zijn.
Artikel 8.
Onverminderd het bepaalde in artikel 306 der Gemeentewet wordt niet- of niet-
behoorlijke invulling van de formulierenwelke ter invulling worden aangeboden,
alsmede niet- of niet-behoorlijke vervulling van andere formaliteiten, welke tot
- richtige -
Cu