GROUW, 12 januari 1968. Aan Burgemeester en Wethouders der Gemeente IDAARDERADEEL Betreft: Controle Jaarrekeningen 1963 en 196U Stichting Recreatieoord. Het Centraal Bureau voor Verificatie en Financiële Adviezen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft in haar rapporten 178U2R en 178U3R verslag uit gebracht over de door haar gecontroleerde jaarrekeningen 1963 en 1961+ van de Stichting Recreatieoord Aangezien beide rapporten op dezelfde datum zijn verschenen en de opmerkingen van het Bureau in grote lijnen van dezelfde strekking zijn, acht ik het vol doende bedoelde opmerkingen samenvattend in één en dezelfde brief van enig commentaar mijnerzijds te voorzien. Daar het penningmeesterschap van de Stichting Recreatieoord door mij wordt uit geoefend vanaf 1 april 1966 acht ik mij uiteraard niet verantwoordelijk voor de wijze waarop de administratie in de jaren 1962 tot en met 1965 door de toen malige penningmeester werd gevoerd, noch voor de leemten in de administratieve organisatie, zoals deze door het Verificatiebureau worden gesignaleerd. Mijn bemoeiingen met de administratie over de betreffende jaren hebben alleen bestaan in het achteraf corrigeren van de balansen en Verlies- en Winstreke ningen op een zodanige wijze, dat hierdoor een betere benadering van de werke lijk behaalde resultaten over deze jaren werd verkregen. Met het Verificatiebureau ben ik van mening, dat de interne controle, alsmede het beheer en de verantwoording van de ontvangsten zeer onvoldoende zijn ge weest, mede met het oog op de steeds toenemende omvang van de activiteiten en het geïnvesteerde ermogen van de Stichting. Ik vraag mij echter wel af, of het Verificatiebureau ook niet zelve enigermate te kort is geschoten. Persoonlijk heb ik de indruk, dat het Bureau meer de nadruk heeft gelegd op het voorste gedeelte van haar naam, te weten verificatie, dan op het verdere ge deelte, te weten financiële adviezen. Alleen al het feit dat de verslagen over 1963 en 196U pas op 17 oktober 1967 zijn verschenen, wijst enigermate in deze richting. Hieronder volgt dan onder de punten 1 tot en met 7 een opsomming van een aantal verbeteringen welke inmiddels in de administratie en de interne controle zijn aangebracht Onder 8 tot en met 12 vindt u de mening van ons bestuur over een aantal andere opmerkingen uit de beide rapporten. 1e. Van de schiphuizen is een huuradministratie per huurder opgezet vanaf het jaar 1965 (zie o.a. blz13 van 178i+3Rbetr. Hoekstra, Beilen) Hiermede is een voldoende interne controle op de ontvangsten van dit onderdeel verkregen 2e. Vanaf 1966 is een volledige administratie per huurder van de bungalows ingevoerd. Iedere huurovereenkomst wordt genoteerd, terwijl gecontroleerd wordt, of de te betalen bedragen op het juiste moment en volledig ontvangen worden. Degenen die bij aankomst in het bungalowpark nog een gedeelte moeten voldoen, betalen dat gedeelte door middel van een vanwege de penningmeester uitgeschreven kwitantie. Hiermede is een vrij vergaande interne controle op de ontvangen bungalowhuren tot stand gekomen, terwijl uit de gegevens op vrij eenvoudige wijze een over zicht van de huuropbrengsten per week kan worden samengesteld. Ons Bestuur betwijfelt echter het nut van een splitsing van de opbrengsten per bungalowzoals door het Verificatiebureau gewenst. Deze splitsing vergt admini stratief veel werk, heeft weinig waarde voor de interne controle en is ook niet erg interessant. 2 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1968 | | pagina 19