2. Bij een constructie, als bedoeld in het eerste lid,
behoeft de waterdichte afwerklaag aan de bovenzijde
niet aan de gestelde eis van brandwerendheid te voldoen,
mits deze afwerklaag niet brandgevaarlijk is.
3. De in het eerste lid gestelde eis blijft buiten toe
passing voorzover de constructie ter afdekking van het
gebouw doorbroken wordt door afvoerkanalen, alsmede ten
aanzien van ten hoogste 2van de overige oppervlakte
van die constructie.
Vrijstelling kan worden verleend van het gestelde in
het eerste en tweede lid van dit artikel voor uit een
oogpunt van ligging of afmetingen duidelijk onder
scheiden gedeelten van het gebouw, waarin zich geen
woningen of schuilplaatsen bevinden.
Artikel 283. Geen dragende langsgevels.
1.Buitenwanden van gebouwen als bedoeld in art. 272,
die langsgevels zijn, mogen geen dragende functie hebben
voor vloeren, trappen of bordessen.
2.Daken van gebouwen als bedoeld in art.272, moeten
zodanig zijn geconstrueerd dat de druk, die zij uit
oefenen, zo weinig mogelijk wordt gedragen door de
langsgevels
Artikel 2ök. Afwijkingen van de artt.- 2f5 t/m 283.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd afwijkingen toe
te staan van de voorschriften van de artt 275 t/m 283,
indien de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke
Ordening deze afwijkingen bij in de Staatscourant ge
plaatste beschikking heeft goedgekeurd, op grond dat zij
in overeenkomstige mate bescherming bieden tegen fall
out, bom- en granaatscherven, instorting en brand.
Artikel 285. Vrijstelling in bijzondere gevallen.
Vrijstelling kan worden verleend van het bepaalde in de
artikelen 27*+ en 281 t/m 283 voor gebouwen, als bedoeld
in artikel 272, onder a: indien deze zijn gelegen tussen
twee bestaande gebouwen, mits gemeten langs een voorgevel
rooilijn tussen deze gebouwen, of, indien het een hoek
betreft, tussen een dezer gebouwen en de voorgevelrooi
lijn langs het andere gebouw geen grotere afstand aan
wezig is dan 25 m.
