Eg^
17. Adres van S. Kuperus te Grouw inzake gunning van het
vervoer van schoolkinderen en G.S.W.-arbeiders.
GEMEENTE IDAARDERADEEL
GROUW
No. 268.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, U februari 1969»
Sedert enkele jaren verzorgt de heer Tj. Stelwagen te Grouw per taxi het
vervoer van een tweetal kinderen raar en van scholen voor buitengewoon lager
onderwijs te Leeuwarden, omdat deze kinderen op medische indicatie geen gebruik
kunnen maken van een openbaar middel van vervoer. De heer Stelwagen geniet
hiervoor een vergoeding -an 25»per dag, hetgeen, gezien het aantal school
dagen, neerkomt op rond 5.100,per jaar.
De heer S. Kuperus te Grouw vervoert sedert 1 november 1967 - met een
korte onderbreking - de G.S.W.--arbeiders uit Warga en Roordahuizum, die op het
recreatieoord "Yn 'e lijte" tewerkgesteld zijn. Hij geniet hiervoor een vergoe
ding van 100,per week, hetgeen, rekening houdend met vakanties en vrije
dagen, neerkomt op rond 5.000,— per jaar.
Behalve voor de schoolkinderen, die door de heer Stelwagen worden vervoerd,
verstrekt de gemeente ten behoeve van 9 andere kinderen uit Grouw en Roordahui
zum, die in Leeuwarden een school bezoeken, een tegemoetkoming in de trein- of
buskosten van in totaal rond 2.600,--.
In de herfst van het vorige jaar heeft de heer Kuperus, die de G.S.W.-
arbeiders met een volkswagenbusje vervoert, gevraagd, of hij niet tevens inge
schakeld kon worden voor het vervoer der schoolkinderen. Hij zou deze beiae
onderdelen van vervoer, gezien de werktijden der G.S.W.-arbeiders en de school
tijden der kinderen, aansluitend kunnen verzorgen, waardoor hij zijn busje
beter rendabel kon maken en de gemeente vermoedelijk tot een kostenbesparing
kon komen.
De heer Kuperus realiseerde zich daarbij zeer wel, da.t wanneer een in
schrijving zou worden geopend op het gecombineerde vervoer hij de kans liep,
dat hem ook het vervoer der G.S.W.-arbeiders zou worden ontnomen. Hij had echter
voldoende vertrouwen in een voor hem gunstige uitslag.
In verband hiermede en na nog eens te hebben nagegaan, wat de gemeente op
dat moment voor het totale vervoer betaalde, hebben wij op k november j.l. be
sloten een 7-tal in de gemeente gevestigde garagehouders op het gecombineerde
vervoer te laten inschrijven.
Van deze garagehouders gaven slechts twee aan het verzoek gevolg, te
weten de heren S. Kuperus en Tj. Stelwagen, beiden wonende te Grouw.
De inschrijving van de heer Kuperus luidde:
a. Schoolkinderen 5.160,B.T.W.
b. G.S.W.-arbeiders5.000,B.T.W.
a b voor U.820,— en U.960,-- totaal 9»780,B.T.W.
Hij voegde hieraan de clausule toe: "Indien deze bedragen met 12$ B.T.W.
worden belast, dan moeten deze bedragen met 8$ worden verhoogd".
De heer Stelwagen schreef in voor:
a. Schoolkinderen U.999, exclusief B.T.W.
b. G.S.W.-arbeidersU.7^9, exclusief B.T.W.
Teneinde tot een juiste vergelijking en beslissing te kunnen komen, moe
sten wij ons vergewissen van het bedrag, dat de heer Stelwagen eventueel aan
B.T.W. in rekening zou brengen.
Staande onze vergadering van 2 december j.l. heeft de voorzitter daarnaar
telefonisch bij de heer Stelwagen geïnformeerd.
Aangezien de heer Stelwagen op dat moment het te heffen percentage niet
kende, werd hem in overweging gegeven, zich met zijn vakorganisatie te verstaan.
Hij heeft dit prompt gedaan en belde even later met de mededeling, dat voor dit
vervoer geen B.T.W. verschuldigd was, doch alleen de bestaande omzetbelasting,
die al in de opgegeven bedragen was berekend. Dit betekende dus, dat de heer
Stelwagen het gecombineerde vervoer wilde verzorgen voor f U.999,
U.7U9,-- f 9.7U8,—- 2 -