13= Voorstel tot wijziging van de verordening op de heffing van een rioolbelasting en van de verordening op de heffing van weg- belasting. Aan de gemeenteraad» Grouw, 7 juli 1970» In uw vergadering van 30 december 1968 hebt u besloten, het tarief van de rioolbelasting met ingang van 1 januari 1970 te verhogen van 32, tot 60,-- per gebouw» Tot een verhoging van de wegbelasting had u voor dien in uw vergadering van 12 maart 1968 reeds besloten» Deze belasting be draagt met ingang van 1 januari 1969 2*$ van de belastbare opbrengst voor de gebouwde en 12$ van de belastbare opbrengst voor de ongebouwde eigen dommen Deze verhoogde tarieven, in het bijzonder wel de rioolbelasting, hebben verschillende belastingschuldigen aanleiding gegeven, ons te verzoeken de aan hen opgelegde aanslag in deze belastingen te verlagen, omdat de aanslag in verband met hun financiële draagkracht een te groot bezwaar opleverde» Wij konden aan deze verzoeken echter niet tegemoet komen, omdat de beide verordeningen ons daartoe de mogelijkheid niet geven» Om hierin toch te voorzien, verdient het aanbeveling in de verordening en een afschrijvingsbepaling op te nemen» Onder afschrijving wordt verstaan het definitief afzien van de in vordering, omdat de hardheid, welke invordering voor de belastingschuldige zou meebrengen, buiten elke verhouding staat tot het algemeen belang, dat door de invordering zou zijn gediend» Afschrijving wordt dus toegepast voor die belastingschuldigen, voor wie de betaling van de belasting een buiten gewoon bezwaar oplevert op grond van persoonlijke omstandigheden dit kan dus ook zijn bijvoorbeeld hoge uitgaven voor de opvoeding van kinderen, ziekte in het gezin, alimentatieplicht enz»)» Wij merken hierbij op, dat de onderhavige zakelijke belastingen niet, althans niet rechtstreeks rekening behoren te houden met de persoonlijke omstandigheden van de belastingschuldigen» Bij het hebben van het zakelijke genot van gebouwde en ongebouwde eigendommen spelen een zekere verhouding van die goederen tot openbare land- en waterwegen in de gemeente en een bepaald verband met de ten laste van de gemeente komende kosten de hoofd rol in deze heffing. De draagkracht, van de belastingschuldigen hebben op de heffing geen enkele invloed. Teneinde echter te voorzien in de behoefte, voor hen, die de belasting niet dan met buitengewoon bezwaar zullen kunnen betalen, stellen wij u voor, door opneming van een afschrijvingsbepaling aan de gewenste bezwaren tegemoet te komen» De onderhavige besluiten, waarin deze afschrijvingsbepaling is opge nomen, bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Burgemeester en wethouders der gemeente Idaarderadeel K.J. Vrijling, burgemeester. GEMEENTE IDAARDERADEEL GROUW No. 1279» D. Smits secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1970 | | pagina 51