"iter
17» Verzoek van een achttal exploitanten van
horecabedrijven te Grouw, strekkende tot het
tegengaan van de vestiging van een bar-dancing
annex slijterij te Grouw.
SsE
GEMEENTE IDAARDERADEEL
GROUW
No. 2428.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 29 oktober 1971
Blijkens een voor u ter inzage liggende brief is bij de exploitanten
van horecabedrijven te Grouw ernstige verontrusting ontstaan naar aanlei
ding van de eventuele vestiging van een bar-dancing annex slijterij in het
perceel Hoofdstraat 104 te Grouw (voormalige bakkerij P. van der Meulen)
Adressanten stellen in hoofdzaak, dat:
a. de nieuwe vestiging als bedoeld, geenszins in een behoefte voorziet,
daar de bestaande plaatselijke bedrijven voldoende accommodatie en
assortiment bieden;
b. er de laatste jaren reeds een niet onaanzienlijke uitbreiding is gegeven
aan het aantal bedrijven in de horeca-, slijterij- en cafétaria-sector
c. de vestiging van een nieuw bedrijf een aantasting van de bestaande moge
lijkheden van de reeds aanwezige bedrijven betekent, die er toe kan lei
den, dat in de toekomst de noodzakelijke aanpassing en modernisering van
de bestaande bedrijven achterwege moeten blijven tot schade van de goede
naam van Grouw;
d. een aanzienlijke toename van het aantal bezoekers aan Grouw wegens het
tekort aan steigerruimte vooralsnog niet is te verwachten. if.-;
In verband met een en ander verzoeken adressanten, om maatregelen te
treffen, die er op gericht zijn, de vestiging van het onderhavige nieuwe
bedrijf te voorkomen.
Naar aanleiding van dit verzoek mogen wij het volgende opmerken.
Voor het perceel Hoofdstraat 104 is reeds een aanvrage om een slijt-!-
vergunning ingediend. Wanneer het pand en de toekomstige vergunninghouder
voldoen aan de wettelijke bepalingen, dan zijn wij verplicht, de gevraagde1
vergunning te verlenen. Het behoefte-element en concurrentieverhoudingen
mogen daarbij niet in de beoordeling worden betrokken.
Zoals wij u destijds bij de inwerkingtreding van de nieuwe Drank
en Horecawet op 1 november 1967 reeds hebben medegedeeld, opent artikel 18
der wet de mogelijkheid om bij gemeentelijke verordening het aantal ver
gunningsinrichtingen in de gemeente dan wel het aantal vergunningsinrichtin
gen van een bepaalde soort te beperken en de gewenste spreiding van vergupnings
inrichtingen over de gemeente tot stand te brengen. De raad kan verbieden.,
het verstrekken anders dan om niet van sterke drank voor gebruik ter plaatse
en het verstrekken van sterke drank in slijterijen. Het verbod kan betreffen
de hele gemeente of bepaalde delen van de gemeente en alle inrichtingen óf
inrichtingen van een bepaalde aard.
Het verbod kan voorts een permanent karakter dragen dan wel voor ,êen
bepaalde tijd gelden.
Toepassing van genoemd artikel hebt u indertijd niet wenselijk ge-
acht, behoudens de vaststelling van een verordening inzake de beperking van
de verstrekking van sterke drank op kampeerterreinen e.d.
In verband hiermede lijkt het ons niet juist, thans teneinde de X'
vestiging van een bepaald bedrijf te weren, een verordening als bedoeld
in artikel 18 vast te stellen. Bovendien zou een zodanige vaststelling voor
het onderhavige geval geen effect kunnen sorteren, omdat het verzoek voor
het verkrijgen van een slijtvergunning reeds op 5 oktober j.l. is ingekomen
en een eventuele verordening eerst rechtskracht kan verkrijgen, nadat zij
door gedeputeerde staten is goedgekeurd en hiermede stellig enige maandeh
zullen zijn gemoeid. V