- 3 - 5. Voorstel tot vaststelling van een nieuwe regeling van de .jaarwedden der wethouders per 1 juli 19T1- De heer Sjouke de Boer kan wel net het voorstel meegaan. Wel vindt Spreker punt 2 van de laatste alinea van het voorstel wat eenzijdig gesteld. Hierin wordt gesproken van verhoging van de jaarwedden in de toekomst met dezelfde percentages, waarmede de overheidssalarissen zullen worden herzien. Over eventuele verlagingen wordt niet gerept. De voorzitter antwoordt, dat gedeputeerde staten van mening zijn^ dat de salarissen voorshands alleen maar zullen worden verhoogd. De strekking van de maatregel is echter,dat de jaarwedden van de wethou ders zullen worden gekoppeld aan de rijkssalarissen. Het betekent ook, dat bij eventuele verlagingen van deze salarissen de wethouders- wedden mee naar beneden zullen gaan. De heer van de Lageweg heeft bezwaar tegen punt 2. De beslissing over de wethouderswedden behoort bij de raaa^meent Spreker. Hij her innert er aan^dat indertijd ook de benoeming van het onderwijzend personeel,met uitzondering van de hoofden, aan de competentie van de raad is onttrokken. Daardoor weet men vaak niet,welke veranderingen er in het personeelsbestand plaats hebben gehad. De voorzitter wijst er in zijn antwoord op, dat in de vergadering van 10 juni 19^9 reeds is besloten^dat gedeputeerde staten de jaar wedden van de wethouders in de toekomst met dezelfde percentages kon den verhogen, waarmede de overheidssalarissen in verband met de alge mene bewegingen in het loon- en salarisniveau werden herzien, zonder dat de raad daar/" werd gehoord. Het huidige voorstel betreft niet over anders dan het sanctioneren van een reeds genomen beslissing. De heer Freek van der Meulen zegt in principe met de voorzitter te kunnen meegaan. Spreker merkt op, dat, volgens artikel 100 van de ge meentewet^ de salarissen door gedeputeerde staten, onder goedkeuring van de Kroon worden vastgesteld. De voorzitter beaamt dit. Alleen de raad wordt gehoord. In 19^9 is besloten de normale procentuele verhogingen ook op de wethouderswed den toe te passen. Hu gaat de 2% vakantieuitkering er uit. Vandaar dat het besluit opnieuw moet worden genomen. De heer Freek van der Meulen vermoedt, dat de heer van de Lageweg bedoelt, dat bij het uit handen geven van de beslissing ook de in formatie weg is. Daarom wil deze Spreker graag mededeling aan de raad. De heer Sipke de Boer vindt het betoog van de heer van de Lageweg "like dreech als de motivering van het voorstel. De steller hiervan is grif een langebaanrijder geweest. Mevrouw Spijkstra-Nijdam vindt het ook een bezwaar, dat de raad niet over de benoemingen geïnformeerd wordt. De raad kent de perso neelsleden nu vaak niet. Zij zou dan ook voortaan graag van benoemin gen mededeling ontvangen. De voorzitter zegt, dat, wanneer de raad er prijs op stelt, er geen bezwaar tegen is de vaste benoemingen in het vervolg mede te delen. Zonder discussie wordt dan conform het voorstel besloten. 6. Voorstel tot vaststelling van een nieuwe bouwverordening. Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten. 7Voorstel tot het vaststellen van een instructie voor de ambtenaren van bouw- en woningtoezicht in de gemeente Idaarderadeel. Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten. 8. Benoeming van een lid van het bestuur der Stichting Jachthaven te Wartena. Mevrouw W. Sijtema-Dijkstra te Wartena wordt met algemene stemmen benoemd. 9» Verzoeken van de besturen der bijzondere scholen voor gewoon lager onderwijs inzake vergoeding van administratiekosten. De heer Freek van der Meulen toont zich enigszins teleurgesteld over het bedrag van 9,50, al moet hij toegeven^dat het voorstel wel enkele positieve kanten heeft.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1972 | | pagina 9