7. Voorstel tot vaststelling van een nieuw ver ordening op de heffing van steigergeld. Aan de gemeenteraad. GEMEENTE IDAARDERADEEL GROUW No. 2866 Grouv, 29 septemler 1972. Sedert 1967 zijn de tarieven voor het aanleggen aan de gemeentelijke steigers in het Pikmeer niet verhoogd, hoewel de lasten van de steigers in de afgelopen jaren regelmatig zijn gestegen als gevolg van algemene prijsstijgingen en de aanschaffing van containers. Bovendien moet de gemeente sedert 1 januari 1972 over de opbrengst van de steigergelden voor passanten 1k% B.T.W. afdragen. Ook deze extra- last is totnogtoe niet in het tarief verdisconteerd. Elk jaar laat de minister van binnenlandse zaken per circulaire we ten, met hoeveel procent de diverse telasting-en retributietarieven mo gen: worden verhoogd. In de afgelopen jaren was dit voor retributies: over 1970 3%; over 1971 7%; over 1972 12g% en voor 1973 is voor gemeen ten, die zijn aangewezen op een aanvullende uitkering uit het gemeente fonds, een indicatie gegeven van 12$. Wanneer het tarief van 19^7 op 100% wordt gesteld, betekenen deze verhogingen met inbegrip van B.T.W.in totaal een verhoging van lij na 60% ten opzichte van 1967 Een verhoging met 60% met ingang van 1973 is echter niet toelaat- laar, omdat daarmede de "matige winst", die de gemeente op retributies mag maken en die volgens de jurisprudentie 25% bedraagt zou werden over schreden. De gemeente blijft echter binnen hetgeen toelaatbaar is, wanneer de tarieven in totaal met 50% (36% lk% B.T.W.) worden opgetrokken. De tarieven zouden er bij deze verhoging als volgt komen uit te zien: a. voor vaartuigen tot 6.50 m per overnachting 1,50 (was 1, b. voor vaartuigen van 6.50 m t/m 8 m per overnachting 2,25 (was 1,50) c. voor vaartuigen van 8.01 m t/m 10 m per overnachting 3,75 (was 2,50) d. voor vaartuigen boven 10 m per overnachting 5,25 (was 3,50) Het bestaande tarief voor vaartuigen, langer dan 12 m a f 5,per overnachting, kan naar onze mening vervallen, omdat dergelijke schepen te groot zijn, om ter plaatse aan te leggen en deze er dan ook vrij ■vel nooit gebruik van maken. De kosten van de steigers, voor zover op passanten betrekking hebbend, kunnen voor 1973 als volgt worden geraamd: Lonen, inclusief sociale lasten 2.717» Kapitaallasten f 1.126, Overige kosten k.339, Totaal 8.182, Bij de verhoogde tarieven kan de opbrengst worden gesteld op 7*500,- (raming 1972) 50% 11.250,waarvan een bedrag ad 1.382,aan B.T.W. moet worden afgedragen, zodat de nettoopbrengst bedraagt 9*868, De op de exploitatie van de steigers gemaakte wnnst bedraagt dan 9.868,- 8.182,1.686,of rond 21%, wat als een matige winst ingevolge de bestaande jurisprudentie kan worden aangemerkt» Aangezien de hiervoor vermelde verhoogde tarieven, bovendien in verge lijking met de elders bestaande tarieven, redelijk zijn te achten, stellen w ij u voor, tot invoering daarvan met ingang van 1 januari 1973 over te gaan en daartoe te nemen een besluit, waarvan het concept hierbij gaat. Burgemeester en wethouders der gemeente Idaarderadeel D. Smits, secretaris. K.J. Vrijling, burgemeester.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1972 | | pagina 23