•\W
7. Voorstel inzake de aanleg van een zwembad te Grouw.
Grouw, 27 april 1973,
GEMEENTE IDAARDERADEEL
GROUW
No. 1316 Aan de gemeenteraad.
Sedert augustus 1969 hebben wij in samenwerking met een zwembadcommissie
gezocht naar wegen, om binnen afzienbare tijd te komen tot realisering van een
gemeentelijk zwembad te Grouw. In dit verband werd in het bestemmingsplan reeds
ruimte gereserveerd aan de TIargastervaart.
Het aanvankelijk door de commissie geopperde plan voor de bouw van een
openlucht zwembad werd al zeer spoedig losgelaten; de aandacht concentreerde
zich meer en meer op de mogelijkheid van de bouw van een overdekt instruktie
bad.
Het in februari 1970 door de commissie gelanceerde plan, om een zwembad m
te richten in de voormalige llaster-Nielsmaskoalle bleek niet uitvoerbaar.
In januari 1971 heeft de zwembadcommissie ons laten weten, dat zij het ge
wenst achtte, dat gestreefd wordt naar een overdekt bad voor jong en oud, maar
dat zij met het oog op de kosten en het jaarlijkse exploitatietekort geen kans
zag, een zodanig bad op korte termijn te realiseren.
Zoals u bekend is, is ongeveer te zelfder tijd door de direktie van ge
meentewerken een gecombineerd schetsplan ontwikkeld van een sporthal, een over
dekt zwembad en een gemeenschapsruimte. In dit plan moeten de sporthal en het
zwembad gezien worden als gemeentelijke accomodaties en de gemeenschapsruimte
als een plaatselijke voorziening.
Dit plan, waarmede een investering van rond 2.750.000,was gemoeid, is
op 12 maart 1971 besproken met de diverse te Grouw gevestigde belanghebbende
organisaties en personen en heeft een goed onthaal gevonden.
Naar aanleiding van een bespreking, welke de burgemeester indertijd op het
ministerie van cultuur, rekreatie en maatschappelijk werk heeft gevoerd, hebben
wij besloten, de gemeenschapsruimte uit het plan te schrappen en hebben wij het
aldus gewijzigde plan aan genoemd ministerie voorgelegd ter verkrijging van een
principiële subsidie-toezegging. Aan gedeputeerde staten hebben wij voorts gege
vens verstrekt over de planning van zwembaden in Midden—Friesland.
Op 17 augustus 1972 deelde de Staatssekretaris van CRU ons mede, dat sub
sidietoewijzing slechts op zeer beperkte schaal zou kunnen plaats vinden en dat
een eventuele honorering van de aanvrage een lange tijd in beslag zou nemen.
In verband hiermede en gelet op de omstandigheid, dat de gemeente niet in
staat zou zijn, ook na het verkrijgen van de maximale subsidies, het verwachte
exploitatietekort op het gecombineerde plan te dekken, hebben wij in onze aan
biedingsbrief van de gemeentebegroting voor 1973 de volgende alternatieven ge
noemd;
1. de bouw van een overdekt zwembad;
2. de bouw van een verwarmd openlucht zwembad;
3. de bouw van een sporthal.
Naar aanleiding van de in de afdelingen van de raad tijdens het begrotings-
onderzoek geuite wensen hebben wij er in de memorie van antwoord mee ingestemd,
dat een bedrag van 50.000,zou worden gereserveerd voor de stichting van
een zwembad en een bij het gasbedrijf vrijkomend bedrag wegens het vervallen
van een storting in het fonds voor onrendabele gebieden te zijner tijd eveneens
aan de exploitatie van een zwembad zou worden toegevoegd.
Voorts hebben wij de toezegging gedaan, een onderzoek te zullen instellen
naar de kosten en exploitatiemogelijkheden zowel van een overdekt- als van een
openlucht zwembad.
Alvorens/omtrent de definitieve keuze aan u te doen, zouden wij overleg
plegen met de belanghebbende organisaties in de gemeente.
een voorstel
- 2 -