Vergadering van de Commissie voor Georganiseerd Overleg in de gemeente Idaardera- deel op donderdag 18 april 1974, 's namiddags om 4 uur in het gemeentehuis te Grouw Aanwezigals leden de heren S. Bangma, G. van der Schaaf, E.J. Huininga en als vertegenwoordiger van de Nederlandse Bond van Gemeente-ambtenaren de heer J.H. Goudswaard. r - Afwezig met kennisgeving: de heer K. Schermer en de heer P. Smeets van de Algeme ne Bond van Ambtenaren. Voorzitter: G.H. Vledder, wethouder. r SekretarisD. Smits. Ter assistentie: S. Pijlman, chef afdeling Algemene Zaken ter sekretarie. 1Notulen Bij de behandeling van dit agendapunt dringt de heer Goudswaard aan op een vroegere aankondiging van de vergaderingen, bijvoorbeeld 4 weken vóór de vast gestelde datum. Eventueel zou tevoren telefonisch overleg kunnen wórden ge pleegd over de datum der vergadering. Ook zou spreker het op prijs stellen, dat de notulen enkele weken na de vergadering werden toegezonden. De voorzitter zegt toe, dat in het vervolg met deze wensen rekening zal worden, gehouden. De heer Goudswaard betreurt het, dat niet alle ambtenaren van de overgang naar de hogere klasse van het inwonertal hebben kunnen profiteren. Spreker verheugt er zich over, dat thans in de verordening de bepaling is geschrapt, volgens welke het salaris van een adjunkt-commies of hogere ambtenaar, die niet in het bezit was van het diploma gemeente-administratie I, moest worden verminderd met de daarvoor berekende diploma-toelage. Opeen vraag van de heer Goudswaard betreffende de vermindering van het sa laris van de direkteur van gemeentewerken, die niet in het bezit is van twee H.T.S.-diploma'santwoordt de sekretaris dat deze bepaling in de praktijk geen rol speelt, omdat de huidige direkteur over beide diploma's beschikt. De heer Van der Schaaf betuigt zijn erkentelijkheid voor de toezending van het besluit van burgemeester en wethouders betreffende de aanduiding van de functies van de op bijlage II vermelde werkliedenmaar betreurt het, dat al leen de hogere ambtenaren van de overgang naar de hogere inwonerklasse hebben kunnen profiteren. Spreker acht verder het argument - gebezigd tijdens de raadsvergadering van 13 maart 1973 - dat bij de integratie van loongroepen in schalen in juli 1971 alle werklieden naar de eerstvolgende verhoging zijn op geschoven, niet erg steekhoudend. Deze verhoging was geheel conform de rijks voorschriften en betekende geen extra tegemoetkoming. Op een desbetreffende vraag van de heer Van der Schaaf antwoordt de sekre taris dat de hogere ambtenaren bij overgang naar een hogere inwonerklasse aanspraak kunnen maken op de bij die klasse behorende bezoldiging. De voorzitter onderstreept nog eens, dat het de bedoeling is geweest, in de raadsvergadering van 13 maart 1973 tot uitdrukking te brengen, dat een eventuele verhoging over de gehele linie niet stuitte op onwil van het colle ge, maar dat het college, mede om financiële redenen, tot zijn spijt, eenvou dig geen kans zag, om alle ambtenaren van de overgang te laten profiteren. Hierna worden de notulen van de vergadering van 22 februari 1973 ongewij zigd vastgesteld. 2Nieuwe bezoldigingsverordening voor het gemeentepersoneel. De heer Goudswaard merkt op, dat de ontwerp-verordening geheel in overeen stemming is met de ministeriële voorschriften. Wanneer bij de per 1 april a.s. en per 1 juli a.s. vast te stellen nieuwe verordeningen de rijksvoorschriften in acht worden genomen, acht spreker het niet nodig, dat de commissie daarvoor opnieuw bijeenkomt. De vergadering verklaart zich daarop unaniem akkoord met. het ontwerp. 3Nieuwe bezoldigingsverordening voor de schoolschoonmakers/maaksters. Alle aanwezigen kunnen zich met het ontwerp verenigen. 4. Rondvraag. - 2 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1974 | | pagina 19