As wij ek noch in greate ünforskillichheit en wjerakseling priuwe sa as op 'e
j.ügelwacht gearkomste fan 7 febrewaris 1.1. ta ütering kaem (trochsykje oan't 12
aprxi, hja dan yn de Haech sagoed witte hoe as it mei üs fGgels moat, dan moat
de Hagenezen harren ek mar rédde mei nêstbiskermers en stokken, wij moatte üs
oanstelling as kontroleur fügeiwet massael werom stjüre e.s.f.) dan miene wij/'
dat de smtrale pylder, hwert Üs fryske fügelbiskerming oan 't nou ta mei sa'n
great sukses op rêst, dwaende is to forsakjen.
ÏÏVÏe1? ï°ar ÜS fêSt' dat d±t NET in Frysk bilang is en dat wij forplichte binne
ALLES to dwaen om C.R.M, fan dizze, foar üs fügels heilleaze wei, werom to rop-
pen
Wij binne ran bitinken, dat fanüt de Gem. Rie fan Idaerderadiel in skriuwen om
adheezje nei alle Fryske gemeente-rieden gean moat, to witten dat wij der op
steane, oan t e mei 12 april aeisykje.
Wij bringe dit as F.N.P. yn"'e riëT
Wij hoapje lykwols, dat jim as ien man efter üs stean sille. Dat haldt yn, dat
w:"-3 as fplslelne rie, in skriuwen nei alle oare Fryske gemeenten ütgean litte.
De F.N.P. wurdt dan dus net wer neamd.
Us fügels hawwe gjin forlet fan üs ünderlinge poliUke kreauwerijen.
Lit üs as ien man stean..It,giet üs in oare kear faeks om politike eare mar dis
kear lit üs dat kald. It giet üs nou om üs fügels, it giet üs nou om in libben
Fry's lan t'o bihalden.
De voorzitter merkt op, dat de heer de Boer formeel te ver gaat. Dit is geen
verzoek ex artikel 21, sub 2 van het Reglement van Orde. Dat had u 5 x 24 uur
van te voren moetén indienen.
De heer Vledder meent, dat dit gemakkelijk kan worden opgelost wanneer de voor
zitter de vergadering enkele ogenblikken schorstAldus wordt besloten.
Na heropening stelt de voorzitter aan de orde punt:
Ingekomen stukken.
punten h en i. De heer Van Essen stelt voor dat aan de moties van de gemeenten
Gaasterland en Leek wel adhesie moet worden betuigd, hetgeen de heer de Boer
graag wil ondersteunen.- Ook de heer Meester sluit zich hierbij aan.
De heer Knossen vraagt, of dit wel de juiste manier is. Waarom hebben we een
Vereniging van Nederlandse Gemeenten en politieke partijen, aldus zegt spreker.
Hij is geen voorstander van adhesie te betuigen.
Ook de heer.de Wolf is geen voorstander van adhesie betuigen. In de eerste
plaats behoren de politieke partijen dit te bepleiten. Bovendien haalt zo'n motie
weinig uit.
Wethouder Draisma antwoordt, dat in de zomer van 1974 een commissie is inge
steld uit vertegenwoordigers van het ministerie van Onderwijs/Binnenlandse Zaken,
Financiën en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. De taak van deze commissie
is:
a. het instellen van een onderzoek naar de oorzaken van de huidige problemen met
betrekking tot de uitgaven van het kleuter- en lager onderwijs en de daarte
genover van rijkswege beschikbaar gestelde middelen;
b. het verrichten van een onderzoek naar de mogelijkheden voor het oplossen van
deze problemen;
c. het aangeven van de wijze waarop ter bereiking van een redelijk en financieel
verantwoord landelijk onderwijsniveau, de van rijkswege beschikbaar te stellen
vergoedingen dienen te worden- bepaald.
Hieruit blijkt, dat de commissie de zorgen van de raad wel deelt en welke as-
pekten onder de loep worden genomen. Spreker meent.dat op de uitslag niet vooruit
moet worden gelopen en burgemeester en wethouders hebben dan ook voorgesteld deze
stukken voor kennisgeving aan te -nemen.' 'V
De heer van Essen zegt er niet gerust op te zijn.dat er op korte termijn resul
taten uit de bus komen. Deze kwestie is al jaren lang aanhangig. Het is bekend,
dat grote gemeenten veel geld uitgeven voor vakonderwijs en schoolbegeleiding.
Spreker dacht, dat adhesiebetuigen nooit kwaad kon.
De heer Vledder wil de woorden-van de heer van Essen gaarne onderstrepen. Wan
neer men van het feit afwachten uitgaat, is het soms te laat.
Wethouder Benedictus zegt, dat hier sprake is van een stuk regeringsbeleid. Te
genwoordig meent iedereen zich met alles te moeten bemoeien. Spreker denkt dat een
adhesiebetuiging xveinig uithaalt.
