13 -
Wanneer men dit bedrag, waarvan slechts een beperkte groep zal profiteren,
i 1 vergelijkt met wat de gemeente in zijn totaliteit heeft uitgegeven, dan kom
je tot een rare verhouding. Spreker zegt.dat in de toelichting bij de stuk
ken een aantal activiteiten is opgesomd. Wat spreker daarbij mist is een
kwantificering, hoeveel mensen hierbij betrokken zijn. Spreker zegt met de
ze benadering moeite te hebben. Met het bedrag van 10.000,zou hij vre
de kunnen hebben. Maar nu het als voorschot geldt ligt het wel wat anders.
De heer Vledder zegt, dat de door de heer de Wolf geschetste verhouding
niet deugt. Bij het Frysk Orkest wordt het gemeentelijk subsidié gerekend
en bij de stichting het subsidie uit de algemene middelen.
De heer de Wolf merkt op, dat het Frysk Orkest in een grotere regio zit,
de stichting werkt alleen in Idaarderadeel
De heer Vledder blijft van mening, dat men deze zaken moeilijk kan ver
gelijken.
De heer Sjde Boer meent ook dat de vergelijking niet op gaat. Spreker
zegt.dat deze stichting geen enkele bron heeft om iets uit te putten. Wan
neer het programma kan worden uitgevoerd, zoals het er ligt, dan kan men moei
lijk zeggen, dat er niets gebeurt. Zonder geld kunnen deze mensen ook niets.
De heer Meester zegt, dat de heer de Wolf heeft opgemerkt dat er nog
zoveel sociale noden zijn, waaraan het geld beter kan worden besteed. Spre
ker wijst er op wat de jeugd voor de gemeenschap doet. Zij doen beslist
nuttig werk.
Wethouder Draisma zegt met de opmerking van een aantal raadsleden blij
te zijn. Spreker zegt dat burgemeester en wethouders met het bestuur van de
stichting sen onderhoud hebben gehad. Op 29 oktober j.l. is het rijkssubsi
die aangevraagd. C.R.M. handelt dit verzoek niet binnen een redelijke ter
mijn af. Het bestuur zit nu juist in een fase, dat het over financiële mid
delen moet kunnen beschikken. Het college is van mening, dat de activiteiten
van de stichting niet kunnen wachten op het afkomen van het subsidie uit
Den Haag. Vandaar dit voorstel om een voorschot van 10.0G0,te verlenen.
Spreker zegt, dat ^gisteravond in Warga een vergadering heeft plaatsge
vonden, waar me jOn »i ine, die deze zaken op het departement regelt, aan
wezig was. Uit de besprekingen heeft spreker wel begrepen, dat het bij
C.R.M. wat deze aanvragen betreft over de hoge schoenen loopt.Men moet er
wel begrip voor hébben, dat momenteel aan de problemen in de grote steden
prioriteit wordt verleend. Dit betekent.dat men als plattelandsgemeente pas
op de plaats moet maken wat het rijkssubsidie betreft. Daarom heeft het col
lege gemeend op deze wijze het werk van de stichting te moeten steunen.
Spreker vindt, dat men duidelijk heeft geweten waarover men ging praten. Er
is geen enkel raadslid geweest.dat bezwaar heeft gemaakt tegen de 13.000,-
die op de begroting is uitgetrokken. Spreker meent op de cijfers van de
heer de Wolf niet te moeten ingaan, want zijn vergelijking is niét reëel.
Spreker zegt dat burgemeester en wéthouders menendat het hier om een
goede zaak gaat, waarvoor uit Den Haag mogelijkheden worden gecreërd en waar-
om zal de gemeente dan niet meewerken om dat jongerenwerk zo functioneel
mogelijk te laten functioneren.
De heer van Essen zegt, dat de heer de Wolf meent, dat het om een ge
ring aantal mensen gaat. Spreker dacht dat de stichting van plan was zoveel
mogelijk mensen hiervan te laten profiteren. Dit voornemen kan alleen maar
slagen wanneer er geld op tafel komt en straks een beroepskracht kan worden
aangetrokken.
De heer Terpstra vraagt zich af wat nu de realiteit isDe heer van Es
sen noemt een groot aantal mensen. De praktijk is en blijft.dat slechts
weinigen er van profiteren. Men bereikt de jeugd die tegen het a-sociale
aanzit toch nooit helemaal. Degene die er met fietskettingen op in slaan
krijg je ook niet. Het is een afgebakend geheel wat je bereikt en dat wordt
nooit groter. Spreker zegt, dat.wanneer het rijkssubsidie doorgaat er straks
een leider moet komen. De ervaring is nu, dat dit meestal jonge mensen zijn,
die agogie gestudeerd hebben en zich op dit terrein waar proberen te maken.
Vaak blijkt dan, dat dit soort terreinen een doorgangshuis is, waarvan over
2 of 3 jaar weinig meer over is.
Het derde probleem volgens spreker is, dat over 't algemeen de moei
lijkheden erg groot zijn.
- 14 -