- 9 -
De voorzitter zegt dat er heel wat belangrijker pontverbindingen zijn,
dan dig in de Bird,- die op het uur X gestopt warden. Maar praktisch nergens
wopntde pontwachter bij de pont. In dat opzicht heeft de heer de Uolf gelijk,
wanneer hij zich afvraagt of het wonen tag de pont wel een absolute voorwaarde
is. Maar het is toegezegd en wat hen daarbij door het hoofde speelde, dat weten
we niet, maar we kregen wel een positieve indruk toen men dit voorstel lan
ceerde
De heer Van Belle meent Ook dat een benoeming van een 3e pohtwachter
niet vastzit op de huisvesting. Het principe is dat de raad voor nu voor in de
toekomst bereid is 96 vaaruren te financieren. In de toekomst kan het bedrag op
zich steeds verandèren. Nu heeft de heer Vledder net'opgemerkt.dat hij op een
aanstelling van een 3e pontwachter niet tegen was, maar spreker zou graag wil
len horen,of hij wel vóér is. Spreker zegt de indruk te krijgen,dat het gepraat
over het huisvestingsprobleem een soort afleidingsmanoeuvre is om daarvan te
zeggen:"willen we in de toekomst die 96 uren financieren of niét/
De héér Schermer meent, dat de heer van Belle dan niet goed heeft ge
luisterd. Zijn fractie is niet tegen het voorstel ,op zich. Maar wel' is men
tegen de onzekerheid, die in de voorlaatste alinea geschapen wordt, Waarover
het punt huisvesting wordt gesproken. Daar worden de bewoners vastgezet op een
pitgave, die in geen duizenden guldens is uit te drukken. Daar is zijn fractie
op tegen. Wel is men blij met de bevriezing van de 96-vaarurencnafhankèiijk of
dit voor 3 dan wel in de toekomst 4 pontwachters mag "Zijn
De heer VIedder zegt dat de heer van Belle heeft opgemerkt, dat hét de
indruk geeft, dat spreker tegen die 96 uren zou zijn. Misschien geeft dit wel
de indruk. Maar hier ligt een raadsbesluit aan ten grondslag waar spreker in de
vorige vergadering tegen gestemd heeft, omdat hij dacht dat voor de Bird iets
anders moest gebeuren. Maar wanneer er een raadsbesluit genomen is, dan moet
dat xforden uitgevoerd. Dat raadsbesluit luidt, dat er een derde pontwachter
wordt aangesteld. Spreker zou Op dit moment graag van de voorzitter horen, waar
in de toekomst de problemen liggen^ Liggen die bij de gemeente om meer geld uit
te geven, in verband met de werktijdverkortingomdat het aantal uren op 96
wordt bevroren of liggen de problemen in de toekomst bij opnieuw gedonder met de
Bird, doordat het aantal uren, in verband met het beschikbaar stellen van een
vast bedrag, moet worden teruggebracht. Spreker zegt hierover eencLideiijk
antwoord te hebben gekregen. Spreker zegt zich te willen aansluiten bij de
woorden van de heer Schermer, want gezien de redactie van het voorstel en de
door spreker verkregen informaties, acht spreker het niet verantwoord op de
redactie van dit stuk, alvorens overleg met de bewoners heeft plaats gevonden,
de Birdbewoners de mist in te sturen.
De voorzitter meent, dat de heer Vledder de gehele zaak te zwaar ziet. De
uitvoering van de 96 vaaruren en de aanstelling van de 3e pontwachter heeft niets
uit te staan met de vraag of die pontwachter bij de Bird moet wonen. Spreker
zegt, dat het heel goed mogelijk is de pont te laten varen met 3 pontwachters
die in het dorp wonen. De moeilijkheid ontstaan alleen, wanneer de Bird de
pontwachter de gelegenheid wil bieden 's nachts de veearts en de dokter over te
zetten.
De heer Vledder merkt op, dat huisvesting volgens het voorstel nodig is,
Spreker leest de betreffende passage voor.
De voorzitter antwoordt, dat onderscheid moet worden gemaakt tussen 96
uur varen en daar bovendien nog het s nachts overzetten. In dat laatste geval
is huisvesting in de Bird noodzakelijk.
De heer de Wolf heeft de indruk, dat de bezwaren van de heer Vledder van
formele aard zijn. De heer Vledder meent dat de aanstelling van de 3e pont
wachter afhankelijk is van de mogelijkheid om her; in de Bird te huisvesten en
dat door de bewoners te laten verzorgen. Uit wat de voorzitter zoeven heeft
gezegd, blijkt dat het zo nietis bedoeld.
- 10 -