Grouw, 26 juni 1975. De eerste en de derde afdeling van de raad hebben heden in gecombi neerde vergadering het concept-voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling van een verordening op de heffing van onroarendgoedbelastingen aan een onderzoek onderworpen. Bij dit onderzoek zijn de afdelingen unaniem tot de conclusie gekomen, dat, wat de heffingsgrondslag betreft, de voorkeur moet worden gegeven aan de waarde, welke aan het onroerend goed in het economisch verkeer kan worden toegekend. Ook met de in het concept opgenomen vrijstellingen kunnen de afdelingen zich zeer wel verenigen. De afdelingen achten de invoering van een onroerendgcedbelasting met name omdat deze strekt ter vervanging van enige verouderde belastingen, volkomen aanvaardbaar Zij zijn voorts van mening, dat het gewenst is, dat de taxateurs te zijner tijd worden ge-instrueerd, om bij de waardebepa1ing van op de monu mentenlijst geplaatste objecten rekening te houden met de beperkte mogelijk heden van de betreffende panden. De afdelingen geven er de voorkeur aan, dat bij de waardebepaling van de objecten, voorzover dit mogelijk is, taxateurs worden ingeschakeld, die met de plaatselijke omstandigheden bekend zijn. Voor de administratieve opzet achten zij inschakeling van het administratieve servicecentrum van het werk voorzieningsschap Zuid-Friesland gewenst. De afdelingen zijn verder van oordeel, dat ruime aandacht dient te worden geschonken aan een tijdige voorlichting van de bevolking omtrent de invoering der belasting en de daaraan verbonden konsekwentiesZeer wel hebben de afdelingen zich gerealiseerd, dat het in het concept genoemde tarief als voorlopig moet worden aangemerkt en dat het definitieve tarief eerst kan worden bepaald, nadat de schattingen van de objecten hebben plaatsgevonden. De afdelingen kunnen zich overigens zeer wel verenigen met het concept voorstel, zodat zij in overweging geven, het aan de raad ter vaststelling aan te bieden. Tenslotte menen de afdelingen nog hun waardering te moeten uitspreken voor de duidelijke wijze, waarop de afdeling Financiën het concept-voorstel met toebehoren heeft geredigeerd. Aan burgemeester en wethouders. De algemene rapporteur. (w.g.) Th. B. Zwart.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1975 | | pagina 61