Mededelingen
a. In de raadsvergadering van 8 april j.l. werd u medegedeelddat de toe-
gèzegde sportnota wegens overbelasting van de afd. Financiën niet eerder
dan in de tweede helft van 1975 tegemoet kon worden gezien.
In de werkzaamheden van genoemde afdeling is een achterstand ontstaan
als gevolg van ziekte van de kassier en de voorbereiding van de onroerend-
goedbelasting. Ondanks het feitdat vele avonden is overgewerkt, kon deze
achterstand niet werden ingelopen.
Aan hét aanvankelijk voornemen,, om de begroting voor 1976 ineen wat vroe
ger stadium gereed te hebben, kan, helaas niet Worden voldaan. Integendeel,
het laat zich aanzien, dat de begroting enige weken later dan gebruikelijk
aangeboden zal kunnen worden.
Naar onze mening moet voorrang worden gegeven aan het inlopen van de
achterstand en aan de begrotingswerkzaamheden boven het uitbrengen van een
sportnota.
Dit betekent, dat wegens overbelasting van het ambtelijk apparaat het
onmogelijk is, u nog dit jaar een sportnota aan te bieden.
b. Soals bekend is door u enige malen aangedrongen op het voorbereiden van
een regeling, waarin de voorwaarden zouden worden opgenomen waaraan peuter
speelplaatsen moesten voldoen, om voor subsidie van gemeentewege in aanmer
king te kunnen komen.
Een verordening, regelende de voorwaarden, is inmiddels in concept gereed
gekomen, maar wij achten het gewenst, dat deze zaak wordt aangehouden totdat
de inrichtingseisen van het rijk bekend zijn. Vaststelling van de verorde
ning op dit moment zou betekenen, dat de bestaande stichtingen niet ge
subsidieerd zouden kunnen worden wegens het niet voldoen aan de te stellen
eisen. Aanpassing aan de eisen zou belangrijke investeringen vergen, waar
voor de stichtingen geen middelen bezitten; zij zouden daarvoor dan een be
roep op de gemeente moeten doen.
Naar wij zijn ingelicht door het ministerie van Cultuur, Recreatie en
Maatschappelijk Werk kan binnen enkele weken een Interim-regeling voor de
subsidiëring van peuterspeelplaatsen tegemoet worden gezien. Het wachten is
nog op een advies van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Voor 1975
wordt gedacht aan een rijkssubsidie van 2500,per peuterspeelplaats.
Aangezien in deze voorlopige subsidieregeling stellig eisen aan de in
richting van gebouwen en terreinen zullen worden verbonden, die zouden
kunnen afwijken van die van de gemeentelijke regeling, zijn wij van mening,
dat vooralsnog van het vaststellen van een eigen verordening moet worden
afgezien en in voorkomende gevallen met een beperkt gemeentelijk subsidie moet
worden volstaan (b.v. startsubsidies).
c. De heer A. van Leeuwen te Boskoop is door ons in vaste dienst benoemd tot
leraar aan de Mavo-school te Grouw, tevens schooldecaan en adjunct-directeur.
d. Het is ons gebleken, dat gedeputeerde staten aan de provinciale staten een
concept-verordening, houdende maatregelen ter voorkoming van ontsiering van
en rustverstoring en andere overlast in het landschap, hebben aangeboden.
Eet ligt in de bedoeling dit concept in de statenvergadering van 29
oktober a.s. te behandelen en de verordening, bij vaststelling, begin 1976
in werking te laten treden.
De ontwerp-verordening regelt, behoudens ontheffing van gedeputeerde
staten, een ligplaatsverbod voor vaartuigen groter dan 9 m, breder dan 3,25
en hoger dan, 2,50m. Daarnaast kent de verordening de mogelijkheid voor door
gedeputeerde staten aan te wijzen wateren of oevers een ligplaatsverbod
voor alle pleziervaartuigen in te stellen.