Grouw, 27 januari 1976. De eerste en de tweede afdeling van de raad hebben heden in een gezamen lijke vergadering het conceptvoorstel tot het aangaan van een gemeenschappe lijke regeling Recreatieschap "De Lege Midden onderzocht. Bij dit onderzoek kwam vast te staan, dat één der leden een recreatieschap vooralsnog overbodig vindt en de verdere ontwikkeling voorlopig wil afwachten. Een ander lid voelt wel de behoefte aan een intergemeentelijke regeling, maar acht het gewenst, dat dan een orgaan wordt ingesteld met minder ver strekkende bevoegdheden Een derde lid, dat weliswaar de behoefte aan een intergemeentelijke regeling onderkent, acht instelling van een recreatieschap, als voorgesteld, niet noodzakelijk. Wanneer de raad niettemin tot instelling van het Schap zou willen overgaan, dan acht dit lid het noodzakelijk, dat de begroting, de ver ordeningen, de belastingheffing- en het basisrecreatieplan aan de goedkeuring van de gemeenteraden afzonderlijk worden onderworpen. In deze gedachte kan één der eerder genoemde leden zich zeer wel vinden. De overige leden kunnen zich, ondanks bepaalde bezwaren, die aan elke gemeenschappelijke regeling kleven, met het concept-voorstel verenigen en geven in overweging het voorstel ongewijzigd aan de raad ter vaststelling aan te bieden. Aan burgemeester en wethouders De algemeen rapporteur, (wgThBZwart

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1976 | | pagina 65