GEMEENTE IDAARDERADEEL GROUW No. 1345 7. Nota woningbouw tot 1985 van de Regio Leeuwarden Aan de gemeenteraad. Grouw, 29 april 1976. Van de commissie voor Volkshuisvesting en de woningbouw in de regio Leeuwarden is een voorlopige versie ontvangen van het aan de regioraad uit te brengen advies inzake het in de komende 10 jaar tot de regio be horende gemeenten te voeren woningbeleid. Gevraagd wordt de mening van de raad omtrent de conclusies en aan bevelingen van het voorlopige advies In zijn vergadering van 22 oktober 1974 heeft de regioraad met het °°9 °P een betere coördinatie van het in de gemeenten, die aan de regio Leeuwarden deelnemen, te voeren woningbeleid, een studiecommissie ingesteld omtrent de volgende onderwerpen: a. de bouwplannen van de in de regio participerende gemeenten, met inacht neming van die van de direct aangrenzende gemeenten; b. de taak van de regio Leeuwarden inzake de coördinatie en integratie van het door de gemeenten op het terrein van de volkshuisvesting en de woningbouw te voeren beleid; c. de problemen met betrekking tot de urbanisatie, suburbanisatie en de vrije woonplaatskeuze; d. de financiële consequenties voor de deelnemende gemeenten, wanneer overeenkomstig de adviezen van de commissie zou worden gehandeld. De commissie heeft zich bij de interpretatie van deze taakomschrijving beperkt tot de advisering over de aantallen woningen, die tot 1985 zullen moeten worden gebouwd in het onderzoeksgebied, alsmede over de verdeling daarvan over de verschillende gemeenten. Het uiteindelijke doel van het advies aan de betrokken gemeenten is, te komen tot een beter op eikaar afgestemd beleid op het punt van de woningbouw. Meerconcreet betekent dit, dat in ieder geval de totale woning behoefte in het gebied tot 1985 moet werden bepaald. Daarna komt de ver deling over de bij de regio aangesloten gemeenten. Via een inventarisatieperiode zijn gegevens beschikbaar gekomen, die het mogelijk maken een prognose te doen over het tot 1985 benodigde aantal woningen De moeilijkheid hierbij was, dat de door de verschillende gemeenten genoemde bevolkingsproqnoses een verschillende achtergrond hadden. De ene gemeente grondde haar prognose op het vasthouden van de natuurlijke aroei van de bevolking met een migratiesaldo van nul. Andere gemeenten baseerden hun prognoses echter op een positief migratiesaldo en relateerden de prog nose als het ware aan het aantal te bouwen woningen. Wat de bevolkingsprognoses tot 1985 betreft, zijn een 4-tal bereke ningsmethodes gehanteerd. Methode I gaat uit van het vasthouden van de eigen natuurlijke groei, met daarnaast als basis de verhouding tussen de gemiddelde migratiesaldi in de periode 1969 tot en met 1973. Bij methode II is uitgegaan van het procentuele aandeel van de verschil lende deelgebieden in de totale bevolking van Friesland. De verhoudings- cijfers over de jaren 1960 tot en met 1974 zijn rechtstreeks doorgetrokken naar 1992.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1976 | | pagina 31