10. Beroepschrift van J.A. van Drooge te
Warga tegen de weigering van een
bouwvergunning
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 1 april 1977.
Bij ons besluit van 27 december j.l. hebben wij aan de heer J.A. van
Drooge, Narderbuorren 8 te Warga een vergunning geweigerd voor de bouw van
een schiphuis bij zijn woning, kadastraal bekend gemeente Warrega, sectie
A no. 3170.
Bij dit besluit werd overwogen, dat:
a. het bouwplan in strijd is met het vigerende bestemmingsplan;
b. de raad bij besluit van 11 mei 1976 voor het betreffende gebied een voor-
bereidingsbesluit heeft genomen, als bedoeld in artikel 21 van de Wet op
de Ruimtelijke Ordening;
c. op grond van het bepaalde in artikel 50, 8e lid, van de woningwet en
artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening aan gedeputeerde staten
is verzocht, een verklaring van geen bezwaar te willen afgeven;
d. gedeputeerde staten bij brief van 10 december 1976, no.18.314 hebben
meegedeeld, dat zij de verklaring van geen bezwaar niet zullen afgeven;
e. de vergunning op grond van artikel 48, le lid, sub b, van de Woningwet
niet kan worden verleend.
Tegen dit besluit is de heer van Drooge bij de raad binnen de voor
geschreven termijn in beroep gekomen.
Appellant wijst er in zijn beroepschrift op, dat de motivering van het
besluit van gedeputeerde staten luidt, dat er een ongewenst precedent zou
worden geschapen, aangezien er nog nauwelijks een visie is ontwikkeld in het
kader van een verantwoorde ruimtelijke ordening van het buitengebied. Deze
redenering bevat volgens appellant een onjuistheid omdat het precedent name
lijk al is geschapen te Warstiens, waar een gelijksoortig schiphuis ver
scheen, waarvoor blijkbaar geen voorbereidingsbesluit nodig was, zodat zeer
duidelijk met verschillende maten wordt gemeten.
Naar aanleiding van dit beroepschrift mogen wij opmerken, dat het te
bouwen schiphuis ligt in een gebied, dat in het uitbreidingsplan in hoofd
zaak de bestemming heeft van "Agrarisch Gebied Q"waar alleen agrarische
bebouwing is toegestaan.
Aangezien de bouwaanvrage wegens strijd met het bestemmingsplan zou
moeten worden geweigerd, is van de zijde van de gemeente getracht de bouw
alsnog mogelijk te maken door een voorbereidingsbesluit en de aanvrage Hj
gedeputeerde staten van de verklaring van geen bezwaar.
Zoals uit het vorenstaande blijkt is genoemd college niet bereid, deze
verklaring af te geven, zodat er voor ons niets anders op zat dan de bouw
vergunning te weigeren.
De commissie voor Administratief Beroep heeft de heer van Drooge gehoord
en zij komt blijkens haar bijgevoegd rapport tot de conclusie, dat de bouw
vergunning, als zijnde in strijd met het uitbreidingsplan in hoofdzaak te
recht is geweigerd. In overeenstemming met de suggestie van de commissie
stellen wij u voor, het beroepschrift ongegrond te verklaren en ons besluit
te handhaven.
Het overgelegde concept-besluit ware daartoe vast te stellen.
Burgemeester en wethouders
der gemeente Idaarderadeel
K.J. Vrij ling, burgemeester.
D. Smits sekretaris.
GEMEENTE IDAARDERADEEL
GROUW
No. 1305