10. Voorstel tot subsidiëring van het vrij willigers jeugd- en jongerenwerk en van GEMEENTE IDAARDERADEEL peuterspeelzalen. GROUW No. 2001 Aan de gemeenteraad. Grouw, 10 juni 1977. Op 1 januari j.l. is de Interim-Rijksbijdrage-regeling Jeugd- en Jongerenwerk 1977 in werking getreden. Ingevolge deze regeling kan aan de gemeente een rijksbijdrage worden verleend in door de gemeente verstrekte subsidies ten behoeve van aktivi- teiten van plaatselijk jeugd- en jongerenwerk en peuterspeelzalen. Een rijksbijdrage wordt slechts verleend, voor zover de wetgever de nodige gelden heeft toegestaan en het plaatselijk vrijwilligers jeugd- en jongerenwerk en de peuterspeelzaal voldoen aan de gestelde voorschriften. Hieruit mag echter niet de conclusie worden getrokken, dat, wanneer aan de voorschriften wordt voldaan, een rijksbijdrage is verzekerd. In de bijdrageregeling staat namelijk vermeld, dat het beschikbare bedrag be perkt is. Dit betekent, dat niet alle ingediende aanvragen om een rijksbij drage kunnen worden gehonoreerd. In onze gemeente zijn thans werkzaam op het gebied van het vrijwillig jeugd- en jongerenwerk de Stichting Sociaal-Kultureel Werk Idaarderadeel (met projecten in Grouw, Wartena, Warga en Roordahuizum) en het Jeugdwerk van het Dorpshuis te Warga, terwijl er peuterspeelzalen zijn gevestigd te Grouw, Roordahuizum en Warga. De subsidiëring van een en ander geschiedt totnutoe alleen door de ge meente, met uitzondering van de peuterspeelplaats te Grouw, die over de jaren 1975 en 1976 een rijksbijdrage van telkens f. 2.500,heeft ontvangen. Om in aanmerking te komen voor een rijksbijdrage op grond van de nieuwe regeling stelt het rijk een aantal eisen, welke wij hieronder laten volgen Plaatselijk jeugd- en jongerenwerk a. de aktiviteiten moeten gericht zijn op jeugdigen en jongeren, die door öorzaken, buiten henzelf gelegen, onvoldoende in staat zijn, deel te nemen aan sociaal-kulturele aktivite.iten,dan wel op jeugdigen en jongeren in gebieden, waar geen van rijkswege gesubsidiëerde sociaal-kulturele voorzieningen zijn, dan wel op dienstverlening door jeugdigen en jongeren aan maatschappelijk kwetsbare groepen in de samenleving, dan wel op maat schappij-kritische stellingname door jeugdigen en jongeren; b. het aantal bij het werk betrokkenen moet tenminste 20 bedragen; c. de aktiviteiten moeten worden uitgevoerd uitsluitend door vrijwilligers, in incidentele gevallen bijgestaan door één of meer deskundige vakkrachten. Peuterspeelzalen a. de peuterspeelzaal dient minimaal 2 dagen per week tenminste 2 aaneen gesloten uren te zijn geopend; b. eenzelfde peuter verblijft per dag niet meer dan één dagdeel van maxi maal 4 aaneengesloten uren in de peuterspeelzaal; c. het aantal peuters per groep, dat op eenzelfde tijdstip van de peuter speelzaal gebruik maakt, is tenminste 10; d. de leiding van de peuterspeelzaal berust bij vrijwilligers,(part-time)— beroepskrachten of beide, die in staat zijn, de in de doelstelling vervatte ontplooiingsmogelijkheden te bieden;

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1977 | | pagina 99