-8-
De voorzitter antwoordt, dat, wanneer een raadslid meent, in een raads
vergadering een dergelijk betoog te moeten afsteken, hij zich bewust moet
zijn van hetgeen hij zegt en op dit punt wel goed gedocumenteerd behoort
te zijn. Maar blijkbaar wordt zijn betoog door de gehele fractie onder
schreven. Spreker meent dat het het beste is, maar bij het begin te beginnen.
De procedure van het bestemmingsplan Warga-oost heeft heel wat voeten
in de aarde gehad. Uiteindelijk heeft na heel wat gepraat de gemeente goed
keuring gekregen om in 10 jaar 105-woningen in dit bestemmingsplan te
bouwen. Ten aanzien van het toewijzingsbeleid was dit een moeilijk gegeven.
Spreker zegt, dat toen het bestemmingsplan door gedeputeerde staten
was goedgekeurd en de kavelprijzen in de raad waren vastgesteldaanvanke
lijk de reactie van het college van gedeputeerde staten is afgewacht, omdat
in de uitvoeringsfasen nog wijziging kon worden gebracht. Gelukki/ig toonde
men begrip voor het feit, dat de gemeente in één keer de aanleg van de
wegen en riolering wilde realiseren, hetgeen ook uit financiële overwegingen
voor het totale plan van belang was.
Spreker merkt op, dat de heer van Essen heeft gesuggereerd, dat het college
niet de behoefte of de wil had om contacten met derden te leggen, maar daar
maakt de heer van Essen duidelijk zijn eerste communicatie-fout. Burge
meester en wethouders hebben namelijk -en elk lid van Plaatselijk Belang
die anders beweert dan hetgeen spreker nu probeert te zeggen doet aan
woordverdraaiing- met Plaatselijk Belang een uiterst positief onderhoud ge
had. Wat is namelijk gebeurd.
Het bestuur van Plaatselijk Belang is door het college uitgenodigd om over
de nieuwe situatie te spreken. De nieuwe situatie, die een fasering in 10
jaar inhield. Met inzage van een tekening is hierover met Plaatselijk Be
lang van gedachten gewisseld ook over de mogelijkheden wat betreft het punt
verdeling. Natuurlijk is er van de zijde van Plaatselijk Belang -en het col
lege heeft hier begrip voor- de nadruk gelegd op toewijzing aan Wargasters
Hier is ook ter sprake gekomen, dat de gemeente vanaf 1974 nu en dan eens
een verzoek kreeg om te zijner tijd in aanmerking te kunnen komen voor toe
wijzing van een kavel. Deze aanvragers hebben steeds antwoord ontvangen,
dat de gemeente op dat moment niet tot optieverlening kon overgaan, omdat
de optietermijn volgens de daarvoor geldende regels slechts twee maanden
bedraagt met een verlenging van nogmaals twee maanden.Het is dan ook uit
drukkelijk met het bestuur van Plaatselijk Belang besproken dat het geen
zin had, om op dat moment verzoeken om optie in te dienen, een standpunt
waarvoor het bestuur begrip toonde. Vanuit vooral ook de filosofie van
Plaatselijk Belang en met nadruk vanuit het standpunt van het college van
burgemeester en wethouders om voor de Wargasters enige waarborg te scheppen
en deze een voorsprong te geven boven aanvragen van buiten de gemeente, is
de idee ter tafel gekomen, om direkt tot verkoop over te gaan, nu optie
verlening niet mogelijk was. Deze mogelijkheid deed zich voor,zodra de
kavelprijzen door gedeputeerde staten goedgekeurd waren. Dit betekende, dat
degenen, die de zekerheid wilden hebben,dat ze voor een kavel in aanmerking
zouden komen, nu reeds de kans kregen uit eigen vrije wil en onder eigen
verantwoordelijkheid een stuk grond aan te kopen. Dan is het een zaak van
goed bestuur, dat deze aspirant-kopers een royale periode -hiervoor wordt
al jaren 2 maanden gerekend- de gelegenheid hebben de financiering te rege -
len.Dat is gewoon een rechtvaardige zaak. In overleg met Plaatselijk Be
lang is dat idee ontstaan en besproken. Er is toen afgesproken, dat deze
idee niet eerder ruchtbaar zou worden gemaakt, dan op de vergadering van
Plaatselijk Belang van 1 maart. Door de burgemeester en de direkteur van ge
meentewerken is dit toen ter vergadering meegedeeld.