-30-
Zijtakken J.W. de Visserwei.
Voorzichtigheid ten aanzien van verwachtingen over de uitvoering met
een subsidie van de A.C.W. blijft geboden.
Die voorzichtigheid wil ik ook in acht nemen,wanneer ik zeg, dat het
licht niet op groen staat, maar waarschijnlijk op oranje.
Uit de laatste besprekingen, nog maar kort geleden, hebben wij de in
druk gekregen, dat er in 1978 enige hoop op realisering mag bestaan.
De beer is weliswaar nog niet geschoten, maar hij is naar ons gevoel
zo dicht onder schotsafstand gekomen, dat wij het risico menen te mogen aan
vaarden om de noodzakelijke gronden voor de verbetering aan te kopen. Dat
risico van meer dan f. 200.000,zullen wij wel moeten nemen, want zou de
verwachte susbidie los komen en we hebben dan de grond niet in ons bezit,
dan kan het werk niet doorgaan. Te vrezen valt, dat we dan voor jaren bui
ten spel zullen staan.
En nu maar hopen, dat de grondeigenaren ons hun noodzakelijkemedewer
king zullen verlenen.
Bestemmingsplan Wartena.
Het is u bekend, meen ik, dat wij met het eerste ontwerp van dit be
stemmingsplan enige pech hebben gehad.
Het was een alleraardigst ontwerp, maar toen de berekeningen werden
gemaakt over zijn economische haalbaarheid, bleek het veel te duur te wor
den.
Het plan is vervolgens aanzienlijk gewijzigd, door er meer woningen
in te verwerken. Tot onze verrassing bleek toen, dat het een alleraardigst
ontwerp is gebleven.
Wij hopen het in de loop van 1978 u te kunnen voorleggen.
Over de benodigde bouwgrond behoeven we ons geen zorgen te maken,
want we hebben in Wartena een voorraad van 5h ha liggen.
Woningbouw kleine kernen.
Dit is, zowel wat de principiële als de materiële kant ervan betreft,
een moeilijker zaak gebleken, dan we ons hadden voorgesteld.
Burgemeester en wethouders hebben twee mogelijkheden als voorlopige stand
punten op papier gezet en die om nader advies voorgelegd aan ons stede-
bouwkundigbureau "Oom en Heeling'.'wljrerwachten thans elke week het gevraagde
advies te zullen ontvangen.,
Daarna zullen burgemeester en wethouders hun standpunt bepalen en dat
in de vorm van een nota aan u voorleggen.
Welzijnsplanning.
Dit blijft voor ons nog steeds een wat nevelachtige zaak. En wij zijn
bepaald niet de enige.
Op intergemeentelijk ambtelijk niveau wordt gewerkt aan een plan voor
een geleidelijke gemeentelijke aanpak.
Kortgeleden hebben de vier B W's van de U.R.B.I-gemeenten zich
gezamenlijk door een drietal deskundigen laten voorlichten. Ik heb niet
de indruk, dat één van de deelnemers met een duidelijk beeld van wat ge
beuren moet, naar huis is gegaan.
Ten aanzien van één punt lopen de inzichten wel parallel: de kans
zit er in, dat het heel wat kan gaan kosten.
