GEMEENTE IDAARDERADEEL
GROUW
Vergadering van de Commissie voor Georganiseerd
Overleg in de gemeente Idaarderadeel op donder
dag 26 januari 1978, 's namiddags om 1.30 uur
in het gemeentehuis te Grouw.
Aanwezig: als leden mevrouw J. Spijkstra-Nijdam en de heren P.Knossen,
H. Meyer en J. de Groot en als vertegenwoordiger van de Neder
landse Bond van Gemeente-ambtenaren en de A.B.V.A. respektieve-
lijk de heren B.H. Abbing en H. Schuurman.
VoorzitterTh. Terpstra, wethouder.
Sekretaris: D. Smits, gemeentesekretaris
Ter assistentie: S. PijImajVchef afdeling Algemene Zaken ter
sekretarie.
Na de opening stelt de voorzitter aan de orde:
1. Notulen van de vergadering van 18 mei 1977.
Deze worden ongewijzigd vastgesteld.
2. Vaststelling van een nieuwe bezoldigingsregeling per 1 januari 1978 voor
het gemeentepersoneel.
Mevrouw Spijkstra vraagt, wanneer nu eindelijk eens zal worden afge
stapt van het systeem van de procentuele verhogingen. Spreekster acht
dit systeem onbillijk, omdat de lager bezoldigden daarbij te kort worden
gedaan.
De heer Schuurman antwoordt, dat de bonden een eerlijke verdeling
van de welvaart nastreven. Hoewel spreker het wel eens kan zijn met de
zienswijze van mevrouw Spijkstra, wijst hij er op, dat de salarissen in
de lagere regionen wel flink omhoog zijn geduwd. Indien er richtlijnen
komen voor alle inkomens, zou misschien van het procentensysteem kunnen
worden afgestapt.
De heer Knossen vraagt, welke norm men heeft toegepast bij het be
palen van het salaris van de grafdelvers te Grouw en Roordahuizum, welke
functies voorheen gecombineerd waren. Spreker meent, dat in de praktijk
alleen toelagen kunnen worden toegekend voor de zwaardere diploma's.
Tenslotte informeert spreker naar het eventueel bestaan van een algemeen
verbindend besluit, als bedoeld in artikel 12, lid 3 van de ontwerp
regeling.
De heer Pijlman antwoordt, dat het salaris van de grafdelvers te
Grouw en Roordahuizum aan de hand van het aantal graven in de laatste
drie jaren naar evenredigheid is bepaald en dat de opmerking van de heer
Knossen inzake de diplomatoelagen juist is.
De sekretaris merkt op, dat door burgemeester en wethouders geen
algemeen verbindend besluit is genomen inzake het niet toekennen van
diploma-toelagen aan bepaalde ambtenaren.
Naar aanleiding van een desbetreffende opmerking van de heer Pijlman
zegt de heer Schuurman toe, dat hij zal informeren naar de mogelijk
heid, om de toekenning van een toelage voor het bezit van het diploma
gemeente-administratie eerst achterwege te laten bij de rang van adjunct
commies A in plaats van bij die van adjunct-commies.
De leden gaan daarna unaniem met de ontworpen regeling akkoord.
1