-28-
De voorzitter zegt, dat het de bedoeling is, dat de regioraad in deze
fase de commentaren van de gemeenten verzamelt. Op grond daarvan komt de
regio met een definitief voorstel, waarop de gemeenten moeten beslissen.
De heer van Gorkum wil de vraag aan de regio voorleggen, waarom men
gekozen heeft voor omslag per hoofd van de bevolking en waarom daarin niet
is betrokken de uitkering uit het gemeentefonds per hoofd van de bevolking.
De heer de Wolf zegt, dat dan ook nog de opmerking moet worden ge
maakt, dat de gemeente graag een duidelijk inzicht wil verkrijgen in de
financiële consequenties van de uit te voeren taken.
Daarnaast werpt zich nog de vraag op omtrent wat duidelijker, leesbare
verslagen.
De heer van Gorkum stelt het op prijs dat ook het punt over een
zo'n breed mogelijke informatie onder de aandacht van de regio wordt ge
bracht. Spreker verwijst hiervoor naar de desbetreffende passage in het
rapport van de afdeling.
De heer ICnossen geeft in overweging de aandacht van de regioraad ook
te vestigen op de zitting van ambtenaren in de commissies. Zoals eerder
gezegd heeft spreker hier ernstige bezwaren tegen.
Wethouder van Essen ziet er geen bezwaar in, dat ambtenaren in ad
viescommissies worden opgenomen.
De voorzitter concludeert, dat de bezwaren van de heer Knossen zijn,
dat een ambtenaar van een deelnemende gemeente tevens raadslid zou zijn
van een andere deelnemende gemeente.
De heer van Gorkum zegt, dat de conclusie van de afdeling was, dat
het niet gewenst is, in een commissie met een uitvoerende taak ambte
naren op te nemen, terwijl dit bezwaar niet geldt voor commissies met een
uitsluitend adviserende taak.
Spreker stelt voor, de regioraad de vraag te stellen, hoe of het funktio-
neren van ambtenaren binnen de regio dient te worden geregeld.
Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel
besloten, met dien verstande, dat de volgende kanttekeningen zullen wor
den geplaatst:
1. de raad heeft ernstige bezwaren tegen artikel 42, lid 6, der concept
regeling en verzoekt de regioraad dit artikel nader toe te lichten;
2. de raad gevoelt het als een bezwaar, dat in de regeling geen voor
zieningen zijn getroffen, om een evenredige vertegenwoordiging te
garanderen; hij verzoekt de regioraad, de mogelijkheid daartoe alsnog
nader te willen onderzoeken;
3. de raad vraagt zich af, of de benaming N.W..-Friesland niet passender
zou zijn dan Friesland-Noord;
4. de raad is van oordeel, dat bij het contact met andere overheidsorga
nen en instanties ook steeds het minderheidsstandpunt naar voren moet
worden gebracht (artikel 33)
5. de raad vraagt zich af, waarom bij de kostenverdeling is gekozen voor
een evenredig bedrag per inwoner en waarom geen rekening is gehouden
met het verschil in bedragen per inwoner uit het gemeentefonds;
6. de raad stelt het op prijs, in voorkomende gevallen een duidelijk in
zicht te kunnen verkrijgen in de financiële consequenties van de uit
te voeren taken.
7. de raad acht het gewenst, dat meer duidelijkheid wordt geschapen in
de verslaggeving van de vergaderingen door naar beknoptheid te stre
ven