d. gebouwde eigendommen met inbegrip van hun gebouwde en ongebouwde aanhorigheden ten dienste van begraafplaatsen,- e. de tot de openbare land- en waterwegen en banen voor openbaar ver voer per rail, behorende kunstwerken, zoals viaducten, bruggen, tunnels en sluizen; f. waterverdedigings-en waterbeheersingswerken, zoals bemalingsin stallaties, waterkeringen en andere oeververdedigingswerken; g. rioleringswerken en rioolwaterzuiveringsinstallaties met hun ge bouwde en ongebouwde aanhorigheden. 2. De vrijstelling ten aanzien van de in letter a van het eerste lid be doelde gebouwde eigendommen met hun aanhorigheden en van gedeelten van zodanige eigendommen voor zover die eigendommen dienen als woning geldt niet voor de belasting als bedoeld in artikel 1. Evenmin geldt de vrijstelling ten aanzien van de in letter b van het eerste lid bedoelde gebouwde eigendommen voor de belasting als be doeld in letter b van artikel 1 voor zover die goederen geen eigendom zijn van de gemeente. Wijze van belastingheffing Artikel 8. De belastingen worden geheven bij wege van aanslag. Tenaamstelling Artikel 9. Indien met betrekking tot eenzelfde onroerend goed, hetzij in geval van gelijksoortig gebruik meer dan één gebruiker, hetzij meer dan één genot hebbende krachtens zakelijk recht kan worden aangewezen, wordt de aan slag gesteld ten name van een van hen met toevoeging van de afkorting "c.s. Verzoek om een aanslag Artikel 10. 1. De belastingplichtige,ten aanzien van wie binnen drie maanden na af loop van het belastingjaar geen aanslag over dat belastingjaar is opgelegd, is gehouden binnen een maand na het verstrijken van de even bedoelde termijn een schriftelijk verzoek bij burgemeester en wet houders in te dienen om vaststelling van een aanslag. 2. Burgemeester en wethouders nemen het besluit om aan hem, die een ver zoek als bedoeld in het eerste lid heeft ingediend, geen aanslag op te leggen bij beschikking. 3. Het eerste lid is niet van toepassing, indien redelijkerwijs moet worden aangenomen, dat over het belastingjaar geen belasting ver schuldigd is of geen aanslag zal worden opgelegd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1978 | | pagina 111