11Welzijnsplanning
Zoals u bekend zal zijn, staat de rijksoverheid op grond van de
in 1974 verschenen knelpuntennota, harmonisatiedecentralisatie en
democratisering van het welzijnsbeleid "oor. De bedoeling is, dat
een aantal rijkstaken en bevoegdheden vooral naar de gemeenten en
in geringe mate naar de provincies zullen overgaan. Een en ander
zal worden verwoord in de Kaderwet Specific]: Welzijn. Het ontwerp
van deze raamwet is 20 mei 1977 bij de tweede kamer der staten-gene-
raal ingediend. Gezien de vele kcmmentarendie op dit ontwerp zijn
geleverd, o.a. van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, zullen
de nodige^v/ijzigingen nog in dit ontwerp worden aangebracht. Het
ziet ernhaar uit, dat de Kaderwet voor 1985 in werking zal treden.
Vooruitlopend op deze wet zijn c.q. worden verschillende rijks
bijdrageregelingen vastgesteld. Gesteld is, dat met deze rijksbij
drageregelingen de nodige ervaringen kunnen worden opgedaan. De
rijksbijdrageregelingen zijn voor wat betreft opzet en systematiek
praktisch identiek aan de omwerp-kaderwet. Een der belangrijkste
regelingen is de Rijksbijdrageregeling Sociaal-Cultureel werk, die,
naar het zich iaat aanzien, per 1 januari 1979 in werking zal tre
den. Belangrijkste elementen van deze regelingen zijn: decentrali
satie, planning en democratisering. Zo zullen de gemeenten, willen
zij voor een rijksbijdrage in aanmerking komen, een 4-jarenplan en
een jaarlijks programma moeten vaststellen. Deze bepaling wordt met
ingang van 1 januari 1981 van kracht.
Met het oog op de nieuwe bepalingen heeft het toenmalige col
lege begin dit jaar richtlijnen voor een educatief- en sociaal-cul
tureel plan opgesteld en met een enquête-formulie^al^ruimïsö
verenigingen en instanties in deze gemeente. Van deze formulieren
zijn circa 80 formulieren ingevuld torug ontvangen (50%)Zij vor
men een inventarisatie van diverse verenigingsaktivifceiten en een
eerste aanzet tot een concept-plan..
Aangezien veie gemeenten -vooral de kleinere- in deze behoefte
hebben aan hst. uitwisselen van gegevens, ervaringen etc., is door
de V.N.G. afdeling Friesland een overleggroep welzijnsplannen in
leve Ti geroepen, die als volgt is samengesteld: 2 leden van het
afdelingsbestuur, 2 leden per regio var. de 5 bestaande regio's, 2
leden van de samenwerkende provinciale raden en het opbouworgaan
en 1 adjunkt-sekretaris. Deze werkgroep heeft onder meer tot taak,
een model subsidie- en inspraakverordening op te stellen. Totnutoe
hebben deze modelverordeningen de gemeente nog niet bereikt. Hoe
wel daartoe de wenselijkheid is uitgesproken, is de instelling van
een overleggroep welzijnsplanusn in de regio Leeuwarden nog niet tot
stand gekomen. Begin dim jaar heelt ten oriënterende vergadering
plaatsgevonden. Wefunktioneert. sedert begin dim jaar een overleg
kader welzijnsambtenaren Friesland. Hoewel geen welzijnsambtenaren
zijnde, volgen 2 ambtenaren, t.w. 1 ambtenaar van de afdeling finan
ciën en 1 ambtenaar van de afdeling algemene zaken van de sekretarie
deze bijeenkomsten, die tot nu toe slechts een oriënterend en voor
lichtend karakter hebben gehad.
Zoals u wellicht bekend .is, gaat de nieuwe rijksbijdragerege
ling S.C.W. uit van het principe: wie bepaalt, betaalt.
Het behoeft geen betoog, dat de beoogde decentralisatie van
het welzijnsbeleid ingrijpende financiële gevolgen voor de gemeente
heeft, in de eerste plaats de personeelssector.
