-2- Menaldumadeelvoorkeur C; betreurt, dat Leeuwarden vermoedelijk niet deelneemt; Barradeel geen reactie. Harlingen geen reactie. Inzake het door uw raad ingenomen standpunt veroorloven wij ons, wat de keuze voor een alternatief systeem betreft, het volgende op te merken. Tijdens de besprekingen op 17 oktober 1978 is er onder meer vanuit de raad op gewezen, dat het kabelsysteem voor het platteland niet het alternatief v/as, omdat er ook straalzenders waren en een straalverbindnng meer voordelen zou geven, dan een kabelsysteem. Uit het "Rapport betreffende de aanleg, in standhouding en exploitatie van een Centrale Antenne Inrichting in de Regio Leeuwarden" blijkt echter duidelijk, waarom niet voor het systeem van straal verbinding is gekozen. In de eerste plaats, omdat de te overbruggen afstand beperkt is tot plusminus 15 km. In de tweede plaats stelt de P.T.T. slechts sporadisch straalverbindingen voor kabel-T.V. ter beschikking en dan alleen nog als blijkt, dat in technisch en/of economisch opzicht een kabelverbinding niet haalbaar is. Het aantal straalverbindingen binnen een bepaalde regio moet, wegens het beperkte aantal frekwenties, dat de P.T.T. voor dit soort verbindingen beschikbaar heeft, beperkt blijven, teneinde onderling storen van de straal verbindingen te voorkomen. In de derde plaats zijn de kosten van een straalverbinding in het algemeen hoger, dan die van een eigen ontvangstation, met uitzondering van het westen van de regio, waar de kosten ongeveer gelijk liggen. Daar de te overbruggen afstand ten opzichte van Leeuwarden te groot is, moet echter van een straalverbinding worden afgezien. Voorts heeft uw raad nog opgemerkt, dat de aanleg van kabeltelevisie geen financiële gevolgen mag hebben voor het budget van de regio en/of gemeente. Wil men het plan voor de aanlag van kabel-t.v. realiseren, dan kan naar onze mening dit standpunt een moeilijk uitgangspunt zijn, met name in de beginjaren. Hoe groot de interesse voor kabel-t.v. bij de inwoners van deze gemeente is, zal een huis aan huis-enquète moeten uitwijzen. Volgens recente gegevens van het K.A.J. te Woerden is de ervaring, dat na aanleg van de hoofdkabels minimaal 70% van de inwoners zich voor aansluiting aanmeldt. De ervaring in Leeuwarden is, dat in meerdere wijken zich direct 90% van de bewoners laat aansluiten. De exploitatie van het regio-plan is opgezet met een deelname van 80% van de aan te sluiten woningen. Voor zover dit streefgetal niet vlot wordt bereikt, zal in de eerste jaren een exploitatie-verlies worden geleden, dat ten laste van öf de regio en/öf de gemeente komt. Zoals uit onderstaand overzicht moge blijken kunnen deze verliezen, af hankelijk van het aantal aansluitingen, tot aanzienlijke bedragen oplopen. Grouw Warga Roordahuizum/Wartena exploitatieverlies bij 60% 50% aansluiting 83.505,84 55.724,40 26.739,84 17.767,92 37.080,00 24.660,— 70% 27.942,96 8.971,92 12.420,— 80% nihil nihil nihil 147.325,68 98.152,32 49.334,88 nihil De berekening van deze cijfers ligt bij de stukken voor u ter inzage. -3-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1979 | | pagina 52