De conclusie die hieruit getrokken kan worden was: "Wij willen alle
zelfstandig blijven'. De bedoeling van het vorioe college van burgermeester
en wetnouders is geweest om in hidden-Friesland een oemeenschappelijk
standpunt te ontwikkelen,- ce beginnen met een politieke stellingname om
bij eIkaar te blijven en daarover overleg te olegen met de hogere organen.
Deze poging heeft geen resultaat gehad. Daardoor is het contact tussen de
verschillende colleges nihil geweest.
Wat de vraag om zo spoedig mogelijk contact op te nemen met de beide
colleges van burgemeester en wethouders antwoordt spreker,, dat het ant
woord in de stijl van de heer Bourn a hierop natuurlijk 'neen' is en in de
stijl van de heer Knossen en spreker zelf volmondig met "ja" kan worden
beantwoord. Spreker zegt. dat de gemeente, die de samenvoeging moet regelen,
niet te benijden is. Dat is een klus, waar je water en bloed bij zweet
Denk maar eens aan de basis van da onroerend goedbelastingen.
Daarom lijkt het noodzakelijk begin 1981 een gestructureerd overleg
te hebben tussende drie colleges.De samenvoeging gaat toch door, met u, over
u en zonder u.
Spreker zegt, dat het verhaal, dat de heer Schermer heeft gehouden en dat
niet van onredelijke conceptie is, enige studie vereist. Hij vraagt zich af, of
men bij een van benaderingswijzen die de heer Schermer toepast en die uit
mondt in cijfers bij dit soort grote zaken halt moet houden. In dit soort
vraagstukken mag zo iets geen rol spelen. De benadering om het gehele natuur
gebied in één gemeente onder te brengen is wel te begrijpen.
Wanneer men het geografisch bekijkt dan zou ren moeten zeggen, dat het
gebied bij Tietierksteradeel hoort. Zo zullen ook gedeputeerde staten het
hebben bekeken. Eet is niet interessant het bij Idaarderadeel of Snailinger-
land in te delen, nu het geografisch bij Tietierksteradeel hoort. Spreker
vindt het niet elegant te stellen, dat Idaarderadeel dit gebied beter kan
beheren dan de gemeente Tiet j erts ter adeel. Het zwakke enrgument in het voorstel
van de heer Schermer is de poelen en plassen bij Terhorne net de Zoutepoel
en een deel van het Sngëcermeer gelijk te schakelen met de Oude-Venengebied.
Organisch gezien behoort het plassengebied van Terhorne bij Sneek - bij de
Jentsjemeer en Langstaarterpoelen. Ook het Sneekermeer blijft in 3 gemeenten
liggen, namelijk Sneek,Skarsterlan en Boarnsterhim. Sr bestaat volcens spreker
aan ook geen organische eenheid tussen de gebieden Grouw-Eernewoude en Terhorne.
Spreker meent ook,dat men ten aanzien van het Oude Venen-gebied het argument
van de regio-grenzen overschrijdende gemeenschappelijke regeling niet moet
toepassen. Dit is geen houdbare argumentatie. Onderbrenging van dit hele
gebied bij Tietjerksteradeel is bestuurlijk gezien precies gelijk als wanneer
het gebied aan Boarnsterhim wordt toegewezen. In beide gevallen is geen
gemeenschappelijke regeling nodig, 2-iaar ook in dat geval zal de gemeenschap
pelijke regeling voor de Lege Midden noodzakelijk blijven. Deze regeling reikt
toch veel verder dan alleen het watersportgebied van Oude Venen tot Pikmeer.
Dit beleid vanaf Pikmeer tot de Berguraermeer en tot Drachten houdt zich bezig
met het scheppen of niet scheppen van accommodaties. Die schep je niet in de
Oude Venen, in de Wijde Ee onder Grouw en in de Drachtster Ee. De accommodaties
worden gevestigd in de steunpunten, die aan de rand zijn gevestigd. De voor
naamste zijn Dergum, Eernewoude, Oudega, Opeinde, Drachten, Veenhocg, Hooidammen,
Wartena en Grouw. al deze gebieden, waarin de Oude Venen een onderdeeltje
zijn, vallen onder het beleid van het recreatieschap "De Lege Midden".