„23-
19. Winst gasbedrijf.
De heer Knossen acht het verstandig dit punt eens mondeling af te doen.
De voorzitter zegt hiermee graag rekening te zullen houden.
20. Subsidie V.V.V. te Grouw.
De heer Zwart is het niet eens met het loslaten van het subsidie.
Spreker wil de grens og 5.000,— handhaven. De begroting is nog slui
tend en de jaarrekening geeft een overschot te zien. Hen krijgt het ge
voel. dat burgemeester en wethouders nu aan het Sint-Pieteren zijn.
De heer de Wolf is blij dat het college gevoelig is voor het stand
punt van de raad. Spreker attendeert er op, dat het subsidie van V.V.V.
onder economische zaken valt. Dit is terecht. Het maximum is opgenomen uit
veiligheid, opdat de kosten niet te hoog worden. Spreker acht het onaan
nemelijk, dat de contributies rare sprongen zullen maken. Hij doet het
voorstel het subsidie te stellen op 25% van de contributies met een
maximum van 5.000,--, en dit bedrag trendmatig te verhogen, welk voorstel
voldoende wordt ondersteund.
De voorzitter antwoordt, dat burgemeester en wethouders dit voorstel
gaarne zullen overnemen.
21Fonds culturele doeleinden.
Mevr. Dekker-van Schaik vindt dat het fonds niet redelijk werkt.
Spreekster wil graag in de 2e afdeling eens over de vaststelling van normen
praten. Er worden nu bijdragen gegeven aan zaken die niet onder dit fonds
vallen.
De heer Knossen meent, dat de verlening van bijdragen uit dit fonds
tot de competentie van burgemeester en v/ethouders behoort. Spreker zegt,
dat volgend jaar de subsidieverordening voor het sociaal cultureel werk
moet worden vastgesteld. Dan komt dit toch aan de orde. Men moet nu geen
eisen gaan stellen voor dit fondsdat voor speciale evenementen is inge
voerd.
De heer Zwart meent ook,dat de suggestie van mevr. Dekker te ver gaat.
Men moet het verlenen van bijdragenoverlaten aan het college.
De heer de Wolf sluit zich hierbij aan. Het gaat hier om een relatief
klein potje, voor aanvragen die zich onverwachts voordoen. Deze bevoegdheid
moet men bij het college laten. Later kan er altijd nog kritiek op worden
uitgeoefend.
De heer Draisma zegt, dat het niet de bedoeling is, het college deze
bevoegdheid te ontnemen, maar gewoon normen te stellen. Snreker meent, dat
het zinvol is, gezien bepaalde uitgaven, in de 2e afdeling eens over uit
gangspunten te praten.
Wethouder van Essen meent, dat het standpunt van het college genoegzaam
bekend is. Eet is moeilijk hiervoor normen te stellen. Eventuele besluiten
tot subsidieverlening wordt altijd aan de raau meegedeeld en aanvragen
worden van geval tot geval bekeken. Het .i.s moeilijk hiervoor grenzen te stellen.
Akkoord.
